Drijvende wijk Schoonschip als school

Kennis

Drijvende wijk Schoonschip als school

Door: Kirsten Hannema | 18-09-2019

In 2007 kreeg programmamaker Marjan de Blok de droom om op een zelfvoorzienende boot te wonen, samen met een groep gelijkgestemden. Na twaalf jaar plannen maken, regelen en klussen is Schoonschip, zoals de drijvende wijk in Amsterdam Noord heet, een feit. Wat is er geworden van de duurzaamheidsambities, en wat is de kans dat dit pioniersproject navolging krijgt?

Wat heeft de drijvende woonwijk Schoonschip in Amsterdam Noord gemeen met Palladio’s 16e eeuwse villa’s, Le Corbusier’s Villa Savoye of Rem Koolhaas’ Maison à Bordeaux? Op het eerste gezicht niets; we hebben het hier immers over dertig woonarken, weliswaar met zorg ontworpen, maar geen architectonische meesterwerken. Toch is er wel degelijk een overeenkomst: zowel Schoonschip als de beroemde villa’s begonnen als de woondroom van particuliere opdrachtgevers, die alle ruimte boden aan experiment en vernieuwing. Palladio introduceerde met zijn villa’s een nieuw type rijkeluiswoning, weg van de burcht en het slot. Le Corbusier toonde in Villa Savoye de vijf kenmerken van zijn ‘nieuwe’ modernistische architectuur. Maison à Bordeaux, ontworpen rond een bewegende ‘kamer’ annex platformlift herdefinieerde Le Corbusier’s idee van het huis als woonmachine.

Nieuwe manier van wonen

Radicaal als de ontwerpen waren – volgens sommigen zelfs onmogelijk om in te wonen – groeiden ze uit tot architectonische iconen en kregen de ideeën die erin besloten lagen op grote schaal navolging. En dat laatste is wat de bewoners van Schoonschip hopen te bereiken. Ze propageren met hun project geen nieuwe stijl of vorm; het gaat hen om een andere manier van bouwen, ja zelfs een andere manier van leven: circulair, gebruik makend van hernieuwbare energiebronnen, consuminderend en bewust van wat we kopen, welke materialen we gebruiken en het afval dat we produceren. Zelf zijn ze daar een heel eind mee gekomen; zo wordt er met behulp van een biovergister energie gewonnen uit poep en plas, beschikt de wijk over een zogenoemd smartgrid voor de opslag en uitwisseling van elektriciteit uit zonne-energie, en beschikt de buurt over een mobiliteitshub met (elektrische) deelauto’s en -fietsen. Maar hoe waarschijnlijk is het dat ‘de duurzaamste drijvende wijk van Europa’ navolging krijgt?

Woondroom

Het idee voor Schoonschip ontstond in 2008 toen programmamaker Marjan de Blok een filmpje maakte over de geWoonboot, een zelfvoorzienende woonboot bij de voormalige NDSM-werf in Amsterdam Noord. Duurzaam wonen, midden in de stad, met de natuur en de ruimte van het water om je heen; dat wilde zij ook. Maar wel samen met anderen; dat is een fundamenteel verschil met de iconische villa’s.
De Blok’s plan sloeg aan bij vrienden en kennissen, en al snel vormde zich een groepje. Ze maakten een youtube-filmpje over hun plan, dat architect Marjolein Smeele op internet zag. Zij woonde tegenover het Johan van Hasseltkanaal in Noord, fantaseerde ook over een waterwoning, en wist dat in het bestemmingsplan voor het kanaal een drijvende buurt getekend stond, die moest passen binnen de duurzaamheidsambities van de omringende nieuwe wijk Buiksloterham. Ze benaderde de groep met het idee om samen met hen die buurt te bouwen.
Ondertussen leerde Blok in 2009 architect Sascha Glasl van het Amsterdamse bureau Space&Matter kennen, tijdens een lezing over hun toekomstvisie voor een circulaire waterwijk in de Noord-Hollandse Wijdewormer. De Stichting vroeg Space&Matter om te onderzoeken of zo’n soort wijk in het Van Hasseltkanaal gebouwd zou kunnen worden. Toen dit haalbaar bleek, heeft het bureau samen met de duurzaamheidsexperts van Metabolic een stedenbouwkundig plan met bijbehorende duurzaamheidsprincipes gemaakt.
Glasl zelf was zo enthousiast geworden dat hij zich ook aanmeldde als bewoner. Via via raakten meer architecten bij het project betrokken, waaronder Wouter Valkenier, die eerder met Smeele, Space&Matter en Metabolic de duurzame broedplaats De Ceuvel ontwikkelde, en Matthijs Bourdrez, gespecialiseerd in groendaken.

Dorpse sfeer

Wat Glasl aantrok in Schoonschip? ‘De dorpse sfeer’, antwoordt de architect. ‘Dat was ook de eerste wens die naar voren kwam tijdens de workshops die we met de bewoners hebben gedaan om te achterhalen wat ze wilden.’ Het ontwerp bestaat uit vijf T-vormige houten steigers, breed genoeg om er bloempotten neer te zetten en te buurten, en onderling verbonden door steigers; een soort drijvende bloemkoolwijk. Aan elke ‘tak’ liggen zes woonarken, iets gedraaid ten opzichte van de steiger, zodat iedereen zo veel mogelijk profiteert van het uitzicht op het water en het zonlicht. Een andere wens was diversiteit in beeld en woningtype, ook omdat niet iedereen over hetzelfde budget beschikte. Als alternatief voor de dertig identieke woonarken die in het bestemmingsplan stonden, bedachten de architecten om op de helft van de betonnen drijfbakken twee huizen te bouwen, in omvang variërend tussen 90 tot 210 m2, met prijzen tussen de 3 en 8 ton (exclusief erfpacht). Juridisch was dat nog behoorlijk ingewikkeld. ‘De enige uitweg was om voor elke gedeelde drijfbak een woonvereniging op te richten met twee woonrechten’, vertelt Smeele. ‘En vervolgens moesten we een bank vinden die zo’n woonvereniging wil financieren.’ Triodos was daar uiteindelijk toe bereid, ‘puur omdat ze achter onze duurzaamheidsambitie staan.’

Smart grid

Samen bouwen biedt de mogelijkheid om kennis en kunde te bundelen, maar het is ook een risico; wat als je het niet eens wordt? Wie zich bij Schoonschip aansloot werd daarom gevraagd om een manifest te ondertekenen. Glasl: ‘Het was niet juridisch bindend, maar vooral bedoeld als commitment voor de zoektocht naar de meest duurzame oplossingen, die we gaandeweg hebben ontwikkeld en vastgelegd in een dik boek.’ Dat begint natuurlijk met heel goed isoleren; de EPC mocht maximaal 0 zijn, daar waar het Bouwbesluit 0,4 eist. Voor de (vloer)verwarming zijn er warmtepompen die warmte aan het water van het kanaal onttrekken, het tapwater wordt verwarmd met behulp van zonneboilers en warmtepompen, waarbij de douches zijn voorzien van een installatie om warmte terug te winnen. Elektriciteit komt van zonnepanelen op de (groen)daken, tijdelijke overschotten worden opgeslagen in de accu waarover elke woning beschikt; via het smart grid kan elektriciteit onderling worden uitgewisseld. Voor de niet-zonnige periodes hebben de 46 huishoudens één aansluiting op het gewone energienet.

Pilots

Een ander voordeel van samen wonen, is dat het draagvlak biedt om nieuwe ontwikkelingen van de grond te krijgen. ‘Qua formaat – 100 volwassenen, 50 kinderen – zijn wij een interessante doelgroep voor bedrijven’, zegt Smeele. ‘Daarbij is een verhuizing een ideaal moment om veranderingen te implementeren.’ Zo is een gesubsidieerd pilotproject gestart in samenwerking met Waternet om wc-afval af te voeren naar een bioraffinaderij, waar het wordt omgezet in energie. Hiervoor moest elk huis wel twee rioolaansluitingen krijgen: een voor grijs en een voor zwart water. Daarnaast moesten de woningen uitgerust worden met een vacuümtoilet; dit is gekoppeld aan het erfpachtkavel.
Het bedrijf Next Urban Mobility benaderde de Stichting met het plan voor een proef met een deelvloot van elektrische auto’s, -scooters en -fietsen. ‘Niet iedereen heeft behoefte om daaraan mee te doen, maar er worden heel wat auto’s van de hand gedaan’, ziet Glasl, die de zijne inmiddels heeft verkocht. Een plan voor een foodhub, waar bewoners gezamenlijk voedsel kunnen inkopen bij lokale leveranciers, wat ook moet leiden tot minder afval van verpakkingen, is in de maak. De bedoeling is dat bewoners daar met een eigen munt kunnen betalen. ‘Als je handel gaat drijven, zoals wij met energie, is het handig om daar een munt aan te hangen die je weer kunt benutten om diensten in te kopen’, legt Glasl uit. Dit systeem werd eerder succesvol ingevoerd op broedplaats De Ceuvel; de energie die daar met zonnepanelen wordt opgewekt wordt uitbetaald in bitcoins waarmee je in het café kunt betalen.

Hennep, hout en leemstuc

In de keuze voor bouwmaterialen waren de bewoners vrij, al ging de voorkeur uit naar natuurlijke producten. Er is een boot met een gevel vol zonnepanelen en een met muren van stro als basis. Dat is niet vanzelfsprekend in de arkenbouw, waar nog volop met piep- en PUR-schuim gewerkt wordt. Glasl: ‘Daarom hebben we een tender uitgeschreven voor een onderzoekstraject waarbij we met vooruitstrevende aannemers en adviseurs gedurende een aantal maanden gekeken hebben hoe je de boten met milieuvriendelijke materialen kunt maken.’
‘Geld speelt ook een rol bij de materiaalkeuze van bewoners’, ziet Smeele. ‘Maar we merken dat als je mensen bewust maakt over de impact van hun keuzes, dat effect heeft; je ziet uiteindelijk veel hout, en het gebruik van staal en beton is minimaal.’ Met haar partner, duurzaamheidsmarketeer bij DSM, heeft Smeele alle materialen gecheckt aan de hand van datasheets. Voor het isoleren gebruikten ze kalkhennep en stro, de gebruikte lijm en verf zijn vrij van toxische stoffen en in de constructie zit geen staal en beton, uitgezonderd de betonnen drijfbak. Glasl werkte net als Smeele met een houten skeletbouwconstructie, natuurlijk isolatiemateriaal en houten gevelelementen. Wel heeft hij een stalen balk gebruikt om een grote ruimte met vide te overspannen.

Duurzaam bouwen

‘Duurzaam bouwen is voor mij allereerst een aangename ruimte maken die op de lange termijn bruikbaar is’, legt hij uit. ‘Door die grote open ruimte te maken, komt er nu ook daglicht in de kelder en konden we daar een goede leefruimte maken waar je nauwelijks kunstlicht nodig hebt.’
Bourdrez’ boot heeft een gevel van accoya, isolatie van houtvezel en een cradle-to-cradle gecertificeerd glazen balkonhek met afsluitstrips van gerecycled rubber. Ook hij had uiteindelijk een stalen spant nodig voor de stabiliteit van zijn splitlevelwoning, en hij bekent dat hij ook een busje PUR-schuim heeft gebruikt. Blij is hij vooral met de leemstuc binnenwanden. ‘Ik wilde laten zien dat het geen geitenwollensokkenmateriaal is; je kunt het heel goed strak en modern maken. Het is leuk om te zien dat vijf andere bewoners het nu ook hebben gebruikt.’

Elitair

Een punt van kritiek dat klinkt nu de wijk voltooid is, is dat Schoonschip met zijn hoogopgeleide creatieve bewoners elitair is. Bourdrez: ‘Een woonark is natuurlijk decadent; het is een weinig efficiënte manier van bouwen, en de vierkante meterprijs ligt hoger dan de € 1200//m2 die geldt voor sociale woningbouw. Maar om tot vernieuwing te komen, moet je ook geld investeren. Zo hebben we voor de accu die nodig is voor het smart grid flink bijgelegd bovenop de subsidie.’ Smeele: ‘Ik denk dat dat wel een ontwikkeling is die elders navolging zal krijgen.’ Het bouwen an sich is volgens Bourdrez niet direct opschaalbaar. ‘Je hebt te maken met een andere locatie, andere grondprijzen, een andere stedenbouwkundige situatie. Je kunt dit wijkje hooguit in Amsterdam een paar keer kopiëren.’
Wat volgens hem wel opschaalbaar is: de manier van denken en het gebruik van duurzame producten. ‘Nu is onze economie gericht op snel en goedkoop, wij richten ons op de lange termijn. Minder kopen, maar bewust en kwalitatief hoogwaardig. Leemstuc is twee keer zo duur als gips, dus dan moet je kiezen. Ik heb besloten om het wel te doen. Mijn geld was op, dus heb ik de geplande inbouwkasten uit de begroting van de aannemer gehaald. Die ga ik zelf klussen, voor nu heb ik op marktplaats een stel Lundia-kasten gekocht.’

Bewustwording en geluk

Bourdrez denkt dat er ook potentie schuilt in de manier waarop de bewonersgroep het project tot stand heeft gebracht. ‘Dat is zo anders dan een vastgoedbelegger die iets bouwt en het op de markt gooit. Wij hebben alle beslissingen zodanig overwogen dat iedereen nu tevreden is. Dat voel je ook als je hier bent, dat geluk. En dat willen mensen dan ook. Maar daarvoor moet je dat proces doormaken; daarin zit de bewustwording.’
De collectieve ruimte die de bewoners hebben gebouwd, kan een rol spelen bij het overdragen van al deze kennis, denkt Smeele. ‘We krijgen veel aanvragen voor lezingen en workshops over ons project, die willen we daar straks gaan organiseren.’

Dit artikel is gepubliceerd in ArchitectuurNL 4 2019
Fotografie Isabel Nabuurs

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.

Gerelateerd

Tags: , , ,

    Schrijf een reactie

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.