Projectgegevens
Projectarchitect | Derk-Jan Wentink en Jochem van der Spek |
---|---|
Medewerkers | Eelco Veldmeijer, Leo Wijnands |
Opdrachtgever | Particulier |
Hoofdaannemer | Bouwbedrijf Duifhuis, Barneveld |
Adviseur constructie | Van Roekel en Van Roekel, Rhenen |
Adviseur installaties | Boersema installatie adviseurs, Amersfoort |
Interieurarchitect | Herman Zeekaf, Maastricht |
Start bouw | 2005 |
Oplevering | 2006 |
Bruto vloeroppervlakte | 963 m² |
Bruto inhoud | 3342 m³ |
Leveranciers: | |
Zinken dakafwerking | Nedzink, Budel |
Aluminium kozijnen | Schuco |
Stalen Janisol buitenkozijnen en -deuren | ODS, Barendrecht |
Mado Omega Liggende zonwering t.p.v. glasdak | Mado, Eindhoven |
Akoestische plafonds | Asona, Amstelveen |
Inbouw plafondarmaturen Kreon Prologe 80 in-line | Kreon, Antwerpen |
Inbouw wandarmaturen (onder andere Kreon small square side) | Kreon, Antwerpen |
Douglas houtenvloerdelen, taps gezaagd | Dinesen, Rødding (Denemarken) |
Interieurbouw / Vaste inrichting | Curfs interieurbouw, Weerterveld |
Tekst | Peter Visser |
Foto’s | Dirk Verwoerd |
Buitenplaats Drakenburg zit vol contrasten. De vorm is traditioneel te noemen, een boerderij met zadeldak, maar de uitwerking is uiterst modern. De gevels zijn enerzijds behoorlijk gesloten, aan de andere kant is het een en al glas. Hoewel het nog maar net opgeleverd is, heeft het ook een lange geschiedenis achter zich. Alleen interieur en exterieur vormen geen contrast, maar zijn juist uitstekend op elkaar afgestemd.
De buitenplaats bestaat uit twee bijna even grote gebouwen onder identieke zinken kappen die haaks op elkaar staan. Ze staan aan een binnenplaats die aan de andere twee zijden wordt begrensd door een muur. Hier omheen ligt het zeven hectare grote landgoed, waarin nog sporen zijn te vinden van een kasteel met twee dienstgebouwen, dat hier tussen de veertiende en negentiende eeuw stond
Op de plaats waar nu het hoofdgebouw staat, stond een oude dwarshuisboerderij met zadeldak. In eerste instantie wilde de opdrachtgever deze boerderij verbouwen, maar toen al snel bleek dat die daarvoor in een te slechte staat verkeerde, werd besloten tot sloop en nieuwbouw. Alleen een muur in de schuur bleek nog een overblijfsel van een van de voorhuizen van het kasteel Drakenburg te zijn en mocht daarom niet worden gesloopt. Deze muur maakt nu onderdeel uit van het woonhuis.
Beide gebouwen hebben zinken daken, slechts onderbroken door een brede glasstrook van voor tot achter en door monumentale, eveneens zinken, schoorstenen, twee op het hoofdgebouw en een op het bijgebouw. Rondom heeft het dak een flinke overstek van ongeveer twee meter en de hemelwater afvoer is onzichtbaar in dak en gevel weggewerkt. Het dak is opgetild waardoor er ruimte ontstond voor een glasstrook ter plaatse van de eerste verdieping.
De noordgevel van het woonhuis is voorzien van gevelpanelen met western red cedar delen. Ter plaatse van ramen is er enige ruimte tussen deze delen en bovendien kunnen ze opzij worden geschoven. Iets uit het midden, onder de glasstrook in het dak, is de hoofdingang, bestaande uit drie meter hoge stalen deuren.
De zuidgevel van het woonhuis bestaat bijna helemaal uit glas en omdat de vloertegels binnen dezelfde zijn als die op het terras is er sprake van een vloeiende overgang tussen binnen en buiten.
Het bijgebouw bestaat eigenlijk uit twee gebouwen, die samen onder een kap staan. Tussen deze twee delen, onder de glasstrook in het dak is de toegangspoort naar de binnenplaats. Vorm en materialisatie zijn gelijk aan die van het woonhuis, alleen is het bijgebouw iets kleiner dan het woonhuis. Dit om het verschil in functie duidelijk te maken.
Interieur
De sobere, uiterst zorgvuldige detaillering van de gebouwen is ook terug te vinden in het interieur. Interieurarchitect Herman Zeekaf ontwierp speciaal voor dit woonhuis het vaste meubilair. Zo staan tussen woonkamer en eetkamer twee vrijstaande kastenwanden die de ruimten scheiden. De ruimte tussen de kasten vormt de verbinding tussen hal en terras.
De keuken, waar een groot deel van het gezinsleven zich afspeelt, is verdeeld in een woon- en een kookdeel. In het kookgedeelte staan fornuis, kookeiland en eettafel in het midden op één lijn. Het woondeel van de keuken heeft, net als de woonkamer een open haard. Aan de noordzijde bevinden zich, behalve de keuken, bijkeuken, gastentoilet, badkamer, garderobekast en een slaapkamer, allemaal even zorgvuldig afgewerkt.
Vanuit de hal voeren twee statige, met douglas pine beklede, trappen naar de verdieping. Ook op de verdiepingsvloeren ligt douglas pine in lange houten delen uit een stuk over de volle lengte van de ruimtes. Deze houten delen lopen taps toe, net als de bomen waar ze uit gezaagd zijn, en zijn daarom om en om gelegd.
De verdieping wordt in tweeën gedeeld door een lange muur in de lengterichting die tot in de nok doorloopt. De oost- en westgevel zijn helemaal van glas en hier bevinden zich de slaapkamers en twee studeerkamers rond een galeriekamer. Aan de noordzijde zijn nog sanitaire ruimtes te vinden.
In het bijgebouw zijn aan de ene kant een paardenstal met hooizolder te vinden, aan de andere kant zijn er carports, een werkplaats, wijnopslag en op de verdieping een gastenverblijf. Twee buitentrappen aan de noord- en zuidgevel accentueren het utilitaire gebruik van het bijgebouw.