Vlak langs de A1 in Huizen staat het vroegere internaat voor blinden en slechtzienden. Het gebouw uit de jaren twintig heeft een statige uitstraling, passend in de lommerrijke omgeving met villa’s. Het internaat verloor zijn functie. Daarvoor in de plaats kwam een bestuursgebouw voor de Koninklijke Visio (Stichting Blinden en Slechtzienden), dat naast diverse kantoor- en vergaderruimtes ook congresfaciliteiten biedt. Exterieur en interieur zijn er nauw met elkaar verweven, als resultaat van de vloeiende samenwerking tussen architect Jaco D. de Visser en interieurarchitect Odette Ex. Het nieuwe gebouw is een gebalanceerd samenspel tussen oud en nieuw.
Allure hersteld
De Koninklijke Visio is een stichting met een lange traditie en fungeert als koploper in de ontwikkeling van technieken om het leven van blinden en slechtzienden te vergemakkelijken. Dit weerspiegelt ook het nieuwe gebouw, dat met respect voor het verleden een geheel eigentijds gezicht heeft gekregen. De U-vormige plattegrond en de gevel zijn behouden. Om de allure van de voorgevel kracht bij te zetten en een vervanging te bieden voor de oprijlaan die reeds met de komst van de snelweg was gesneuveld, kreeg het gebouw een uitnodigend voorplein met een stadsparkachtige aanleg, aansluitend op de symmetrie van de plattegrond. De buitenruimte vormt zo weer een eenheid met het gebouw en nodigt uit tot informeel gebruik. Bovendien is hiermee het onderscheid tussen het gecultiveerde en het natuurlijke landschap hersteld. Onder het plein is een parkeergarage aangelegd met twee niveaus. De auto’s die voorheen tot in het bos stonden geparkeerd, staan nu uit zicht.
Entree
Een glazen luifel leidt naar de ontvangstzone, waar de geslotenheid van de façade omslaat in het tegendeel. De entreezone kenmerkt zich door transparantie en ruimtelijkheid, net als de rest van het interieur. De kleur geel speelt de hoofdrol. Dit is de kleur die slechtzienden nog het best kunnen onderscheiden. Uiterst verrassend is een blik naar boven, waar een groot ovaal volume − met daarin een lounge − lijkt te zweven. Langs het ovaal kijk je tot in de nok van het dak. Tegen de achtergevel bevinden zich het hoofdtrappenhuis en de lift. Het glas-in-lood herinnert aan vroeger.
Glazen stolp
Links en rechts van het centrale trappenhuis verbinden dubbele doorgangsroutes beide vleugels; de oorspronkelijke met vloertegels en een nieuwe route voorzien van een hellingbaan. De dubbele route is ontstaan door de glasgevel die aan de achterzijde is toegevoegd en van de oorspronkelijke buitengevels binnengevels heeft gemaakt. De glasgevel fungeert als een soort stolp die laat zien dat hier een oud gebouw wordt geconserveerd. De oude gevel heeft zijn oorspronkelijke karakter behouden en drukt een belangrijk stempel op de beleving van het interieur. Voor een optimaal doorzicht zijn er extra gevelopeningen in aangebracht.
De glasgevel − met een maximale transparantie bij een maximale zonwering − beslaat een hoogte van acht meter. De glasplaten zijn gekit en de gevel is door middel van glasvinnen bevestigd aan de oudbouw. De stalen lijsten zijn aangebracht uit veiligheid. Mocht het kit loslaten dan houdt de gevel stand. Het bladmotief aan de bovenzijde weert extra licht. Het centrale trappenhuis en de noodtrappenhuizen (aan de uiteinden van de vleugels) zijn voorzien van glazen afsluitingen. Samen met de moderne dakkapellen en extra vensters in de bakstenen buitengevels, wordt de geslotenheid van de oudbouw afgezwakt.
Zijvleugelsr
De nieuwe glasgevel maakte het mogelijk om in de zijvleugels aan beide zijden van een centrale as kantoorruimtes te creëren. Voormalige loggia’s en dakterrassen konden hierdoor aan de binnenruimte worden toegevoegd. Door het vele glas − dat overal nadrukkelijk vrij staat van de oudbouw − is er optimaal contact met buiten. De harmonieuze inrichting, integraal doorgezet, draagt bij aan een prettige werkomgeving. Ieder niveau (begane grond en eerste verdieping) heeft in beide vleugels bovendien een opvallend gekleurde doos met daarin flexibele werkplekken. Deze brengen contrast aan en geven de achterzijde bij donker een opvallend aanzicht. In de tussenmuren van de vroegere klaslokalen (rechtervleugel) zijn doorbraken gemaakt om de transparantie en onderlinge betrokkenheid te vergroten. De doorbraken aan de vensterzijde stimuleren een ruimtelijker plaatsing van bureaus. De kantoorruimtes zijn eigentijds, maar hebben hun verbondenheid met de oudbouw nergens verloren. Er is altijd wel een oud kozijn, een oorspronkelijke tegelvloer, een muur of een richeltje oorspronkelijke dakpannen zichtbaar. De indirecte verlichting zet, net als elders in het gebouw, de openheid en lichtheid van het interieur kracht bij.
Souterrain
Het souterrain is nadrukkelijk bij het gebouw betrokken en heeft een heel andere functie dan voorheen. Was dit niveau vroeger een technische, donkere ruimte, nu zijn er vergaderzalen. Door het gedeeltelijk uit te graven en door middel van vensters, hellingen en tuinen te verbinden met de buitenruimte, ontstaat gelaagdheid en betrokkenheid op de omgeving. In de voorgevel wordt dit niveau subtiel benadrukt door de ruwere baksteen die refereert aan de basis, het fundament van een gebouw. Aan de achterzijde staat het souterrain via een hoog venster in verbinding met een binnenplaats. Het raam zorgt voor eenheid met het bovengrondse deel. Een gang aan de linkerzijde, met rode pantry, verbindt de vergaderzalen met het achterliggende gebouw. Hier zijn een auditorium en een restaurant in aanbouw. Het auditorium zweeft als een zeppelin in de ruimte en is opgebouwd uit multiplex platen. Het 3D-computerontwerp wordt computergestuurd uitgevoerd, dat wil zeggen op maat gesneden met zo min mogelijk restmateriaal.
Zolder
Op de zolderverdieping zijn brede erkers aangebracht die de ruimte van licht voorzien. Het plafond is afgewerkt met een donkerrode ‘schaal’, die leidingen en kanalen aan het oog onttrekt. Dit is kenmerkend voor de detaillering van het gehele gebouw. Kanalen zijn vrijwel overal onzichtbaar weggewerkt en nergens zijn systeemplafonds gebruikt.
BOUW/ArchitectuurNL 06/2006
Projectgegevens
Ontwerp | Jaco D. de Visser, Odette Ex |
---|---|
Opdrachtgever | Stichting Novum, Huizen |
Hoofdaannemer | Aannemingsbedrijf G.W. Geelen, Vleuten |
Adviseur Constructies | Pieters Bouwtechniek, Utrecht |
Adviseur installaties en bouwfysica | Raadgevend Technies Buro Van Heugten, Nijmegen |
Adviseur akoestiek | M+P raadgevende ingenieurs, Aalsmeer |
Bouwdirectie | Architectenbureau Jaco D. de Visser, Vreeswijk |
Bouwmanagement | ICS Adviseurs, Amsterdam |
Landschapsarchitect | Croonen Adviseurs, Rosmalen |
Start bouw fase 1* | Garage: november 2003, hoofdgebouw: april 2004 |
Oplevering fase 1* | Garage: januari 2005, hoofdgebouw: december 2005 |
Bruto vloeroppervlak | 9.290 m2 |
Bruto inhoud | 29.700 m3 |
Bouwsom | € 8.900.000 incl. installaties, asbestsanering excl. inrichting en BTW |
Installatiekosten | € 1.800.000 excl. BTW |
| |
Leveranciers: | |
Glasgevels –en daken, inclusief constructie | Pilkington / Absoluut Glastechniek, Venlo |
Staalwerk | Constructiewerkplaats Van Galen, Utrecht |
Verlichting | Arpa Light projectverlichting, Bavel |
Behang | Based on, Amsterdam |
Vast meubilair | Retera interieurwerken, Eindhoven |
Tekst | Iris Knapen |
Foto’s | Oliver Schuh |
* Fase 1 betreft de nieuwbouw van de ondergrondse parkeergarage en de revitalisatie van het hoofdgebouw, inclusief inrichting van het dek en de patio’s; deze fase is afgerond. Fase 2 betreft de revitalisatie van het vergadergebouw en het gastenverblijf; deze is in uitvoering. |