Communicatietool voor natuurinclusief bouwen

Kennis, Onderzoek

Communicatietool voor natuurinclusief bouwen

Door: Redactie ArchitectuurNL | 24-08-2022

Marijke Dijkshoorn, werkzaam bij Wageningen Economic Research, doet onderzoek naar natuurinclusief bouwen. Een nieuwe manier van bouwen die langzaam aan populariteit wint. Samen met haar collega’s inventariseerde ze hoe de vastgoedsector hiermee aan de slag kan gaan en welke succesfactoren en belemmeringen er zijn.

Het onderzoek toont onder meer aan dat bouwprojecten niet langer alleen maar ‘grijs’ zijn, maar ook steeds vaker ‘groen’ en ‘blauw’. Aan, bij of in een gebouw wordt bewust ruimte gemaakt voor natuur, zodat er meer diverse planten- en diersoorten in de stad kunnen leven.

Voordelen

Een logische ontwikkeling wellicht. Natuur in de stad biedt immers diverse voordelen. In een ‘groene’ woonomgeving is het prettig wonen en voelen vogels, insecten, zoogdieren en andere dieren zich thuis. Bovendien kan een groene wijk beter tegen extreem weer als gevolg van klimaatverandering en krijgt luchtvervuiling minder kans. Tot slot is ‘groen’ voor veel bedrijven aantrekkelijk als vestigingsfactor. Het is ook een van de belangrijke factoren bij de aankoop van een woning.

De praktijk lijkt weerbarstiger blijkt uit het onderzoek van Dijkshoorn. In 2019 vroeg zij naar de ervaringen van onder meer projectontwikkelaars, investeerders, architecten, aannemers en bouwbedrijven. De meeste van deze bedrijven, 61%, bouwt naar eigen zeggen al natuurinclusief. De mate waarin dit gebeurt varieert van een enkele maatregel, zoals nestkasten ophangen, tot meer integratie van natuur in de bebouwde omgeving.

Toch blijft ‘groen’ vaak de sluitpost door belangen die samenhangen met wonen, werken, voedsel en energie produceren, transport en recreëren. Dijkshoorn: “Groen wordt dus pas ingevuld als andere functies al vorm hebben gekregen. Ook bij vertragingen in het project of onverwachte kostenposten, worden de groene ambities vaak bijgesteld.”

Anders werken

Het pad om te komen tot natuurinclusieve bebouwing is vaak hobbelig en vergt vooralsnog meer inspanning van de betrokkenen dan business-as-usual, blijkt uit het onderzoek van Dijkshoorn. Maar, zo luidt de conclusie: ondanks allerlei obstakels is natuurinclusief bouwen wel degelijk mogelijk. De cruciale succesfactoren zijn een duidelijke visie, creativiteit, flexibiliteit en de bereidheid om risico’s te nemen. Ook de vasthoudendheid van de betrokkenen is belangrijk.

Daarbij is het onder meer belangrijk dat de bouwsector op een andere wijze gaat werken. Dijkshoorn: “In de transitie wil je vaste praktijken doorbreken, een gedragsverandering op gang brengen. Het zou al helpen als ze meer inspirerende casussen te zien krijgen.”

Communicatietool

Om de bouwsector op weg te helpen, ontwikkelde Dijkshoorn met haar collega’s  een communicatietool waarin inzichtelijk wordt hoe natuurinclusief bouwen te realiseren is. Daarmee wil ze handvatten bieden om het gesprek over natuurinclusief bouwen te voeren.

Dijkshoorn is optimistisch over het verloop van de transitie. “Natuurinclusief bouwen staat steeds hoger op de agenda. We hebben te maken met uitdagingen op het gebied van bouwen, klimaatadaptatie en biodiversiteit. Natuur kan een grote bijdrage leveren aan de oplossingen hiervoor. Hoe schaars de ruimte ook is, je kunt daken, gevels en balkons ook groen maken. Ik merk dat de sector in beweging is en dat natuur steeds vaker de aandacht krijgt die het verdient. Ik denk dat het ook zó belangrijk is, dat natuurinclusief bouwen de standaard wordt, in welke vorm dan ook.”

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.

Gerelateerd

Tags: , , , ,

    Schrijf een reactie

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.