Veld van Klanken, Rotterdam

Veld van Klanken, Rotterdam

Project
Door: Redactie ArchitectuurNL | 17-01-2011

Projectgegevens

Projectarchitecten Maartje Lammers, Boris Zeisser
MedewerkersAlbert Jan Vermeulen, Gerben Vos, Amelie Kaltenbach, Nora Rittmüller, Sandor Marks
OpdrachtgeverVestia/Estrade projecten, Rotterdam
Adviseur constructieCAE structural engineers, Rotterdam
Adviseur akoestiek en bouwfysicaPeutz associes, Zoetermeer
Adviseur bouwkosten en bouwmanagementVan der Reissen bouwmanagement
Aannemer Dura Vermeer Bouw Rotterdam
Differentiatie38 woningen, variërend van 65 tot 95m2, muziekkamers 12 tot 18m2
Ontwerpperiode2006-2007
Start bouwApril 2008
Oplevering April 2010
Bouwkosten€ 3.600.000
Leveranciers:
Gevelbekleding PLATOWood staand rabat met aangepaste profilering
Bekleding parasites en lichtkoepels Rheinzink blank
LichtkoepelsSaint Gobain Climaplus Ultra N Silence 44 mm
TekstPaul Groenendijk
Foto's 24H-architecture

In de Rotterdamse deelgemeente Hoogvliet wordt ook na beëindiging van herstructureringsproject WiMBY! (Welcome in my Backyard) nog steeds hard gewerkt aan de vernieuwing van deze naoorlogse satellietstad. Co-housing is de naam van een nieuw woningbouwconcept voor mensen die een beroep, hobby of levenshouding delen. Er zijn in Hoogvliet onlangs drie co-housingprojecten gerealiseerd. Het Veld van Klanken, een complex van 38 muzikantenwoningen, is vermoedelijk het eerste project in zijn soort ter wereld.

Voor drie doelgroepen is in de wijk Meeuwenplaat een co-housingcomplex opgeleverd: muziekwoningen van 24H-architecture, ecologische woningen van bureau Opmaat en woningen met het thema ‘Nabuurschap’ van Van Bergen Kolpa Architecten. Elk project heeft collectieve voorzieningen, maar er wordt niet collectief gewoond zoals in een commune of woongroep. Co-housing heeft de bedoeling om nieuwe, hippe bewoners naar het vergrijsde en verarmde Hoogvliet te lokken. Bovendien wordt door de gemeenschappelijke interesse de sociale samenhang versterkt. Niet elke subcultuur is geschikt voor een woningbouwproject. Het samenbrengen van 38 architecten in één buurt zou vermoedelijk vooral tot haat en nijd lijden.

Muzikanten daarentegen zijn bij uitstek geschikt om samen te wonen, omdat zij zowel individueel als gezamenlijk kunnen opereren. Er kunnen tips, contacten en ervaringen worden uitgewisseld, maar er kunnen ook onverwachte muzikale kruisbestuivingen plaatsvinden. Daarnaast hebben muzikanten ook een functionele reden om samen te wonen. Professionele muzikanten gebruiken hun woning om te repeteren, te musiceren of les te geven. Ze geven zelf geluidsoverlast of ze hebben last van straatlawaai en goede geluidsisolatie is dan ook een eerste vereiste.

Rond 2003 worden door woningcorporatie Vestia in samenwerking met adviesbureau De Regie en Steunpunt Wonen via opleidingen en podia musici gezocht en wordt een groep geformeerd om als aanjager van het project te dienen. Er wordt een programma van eisen geformuleerd, met als belangrijkste uitgangspunt dat elke eengezinswoning een eigen goedgeïsoleerde muziekkamer krijgt. Die is dus dag en nacht beschikbaar zonder dat iemand er last van heeft. De muzikanten spreken in een architectenselectie hun voorkeur uit voor 24H-architecture.

Muziekstudio’s aan huis
De 38 woningen zijn gegroepeerd in een vijftal blokjes rond een groene binnenhof. Hoewel er door middel van deze losse bouwblokken en het groene karakter aansluiting wordt gezocht met de open verkaveling van Hoogvliet, is hiermee ook een soort omsloten bouwblok gecreëerd. Collectiviteit is immers moeilijk te realiseren in strokenbouw. Een achttal woningen heeft een muziekkamer direct gekoppeld aan de woning. Deze zijn pregnant zichtbaar als een zinken uitbouw. Als een soort poortwachters benadrukken deze de entrees tot het binnenterrein, dat zeker geen gated community is.

De overige studio’s zijn als een soort kelderboxen weggewerkt in een kunstmatige heuvel. Ze variëren in vorm en grootte (van 12 tot 18 vierkante meter) en liggen aan weerszijden van een middengang. Daglicht komt door daklichten binnen. In de terp zijn deze als zinken doosjes herkenbaar. De terp fungeert ook als centrale groenvoorziening en kan gebruikt worden voor gezamenlijke muzikale activiteiten. Voornaamste afwijking van een standaardberging is de geluidsisolatie van 90 dB van wanden en dak. Daarmee hebben de studio’s de kwaliteiten van een mini-poppodium. Door de flexibele opzet los van de woningen is het mogelijk studio’s ook aan derden te verhuren of deze als gewone berging te gebruiken. Omdat de geluidsisolatie ook een thermische werking heeft en de studio’s in de terp zijn opgenomen is het nauwelijks nodig de studio’s te verwarmen. Een klein elektrisch kacheltje als bijverwarming moet voldoende zijn. Aan koeling en luchtverversing is wel veel aandacht besteed. In de praktijk blijken de deuren de zwakste schakel qua geluidsisolatie.

Inspraak muzikanten
De muzikanten zijn vooral om praktische redenen samen gaan wonen in één complex. Vanwege de beperkte financiële middelen van deze veelal kleine zelfstandigen zijn de woningen eenvoudig en doelmatig uitgevoerd. Wel zijn er conform de suburbane context ruime tuinen. Aanvankelijk leefde het idee vooral koopwoningen in dit deel van Hoogvliet te bouwen, maar gezien de doelgroep is een groot deel verhuurd. Er zijn uiteindelijk slechts negen koopwoningen gerealiseerd, maar op termijn kunnen ook de huurwoningen worden verkocht.

De muzikanten zijn van begin af aan betrokken geweest bij de opzet van het complex, maar in de loop der tijd zijn er nogal wat afgehaakt. Bij het beheer speelt de vereniging van eigenaren uiteraard een belangrijke rol. Minder evident is de inspraak van de muzikanten bij de architectonische uitwerking van het project. Zo hadden velen een voorkeur voor hout als gevelbekleding en voor metaalachtige sculpturen bij de studio’s. Een deel wilde een gezellig bruin uiterlijk, anderen hadden een ‘witte suikertaart’ als droomhuis. Deze wensen hebben als uitgangspunt gediend voor de architectuur.

Uiteraard lag voor het casco vanwege de geluidsisolatie beton voor de hand. De gevels zijn bekleed met thermisch verduurzaamd vurenhout, een soort gekookt hout. De formele voorkant is wit, de informele achterkant is bruin uitgevoerd. De sculpturale uitgebouwde muziekkamers hebben een zinken bekleding gekregen. Ook de daklichten in de studio’s hebben een zinken bekleding. De houten bekleding keert terug in de speels vormgegeven balustrade rond de studioterp.

     

Gerelateerd

Tags:

    Schrijf een reactie

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.