Kritiek op rapport EIB en BNA

Kritiek op rapport EIB en BNA

Nieuws
Door: Redactie ArchitectuurNL | 09-09-2008

‘Als architecten, ontwikkelaars en bouwbedrijven moeite hebben met vastgestelde welstandseisen en de regelgeving op het vlak van de ruimtelijke ordening, dan zijn het niet de ambtenaren maar is het de politiek die zij daarop moeten aanspreken.’ Dat zegt de Lelystadse wethouder Jop Fackeldey in reactie op het deze week gepresenteerde rapport van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid (EIB).

Spelregels
De gemeenteraad is het orgaan dat op voorstel van het college de spelregels vaststelt. Ambtenaren voeren deze uit. Als zij constateren dat onjuiste informatie wordt verstrekt en tekeningen niet kloppen, dan krijg je natuurlijk geen bouwvergunning.

Klagen over vertraging in het proces, is dan kritiek op democratisch vastgestelde spelregels. Dan ligt de schuld niet bij ambtenaren, maar moet men bij het college of de gemeenteraad zijn, aldus de Lelystadse wethouder.

Ongenuanceerde publicatie
In opdracht van de Bond van Nederlandse Architecten (BNA) onderzocht het EIB de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening op het gebied van welstandseisen, afhandeling van bouwaanvragen en het afgeven van vergunningen.

Bij de Lelystadse wethouder stadsontwikkeling en ruimtelijke ordening, Jop Fackeldey, is het niet zozeer de inhoud van het rapport als wel de manier waarop het rapport in de media werd gepresenteerd in het verkeerde keelgat geschoten. Het rapport is niet samen te vatten onder de kop ambtelijke onkunde als een deel van het rapport zich richt op de met elkaar vastgestelde spelregels.

“Van ambtenaren mag je niet verwachten dat zij een vrije interpretatie geven aan de regels. Als de procedures bij bestemmingsplanwijzigingen als belemmerend worden ervaren, moet je de politiek daarop aanspreken en niet ambtenaren verwijten dat ze weinig flexibel en niet oplossingsgericht zijn.”

Fouten
Dat er ambtelijk fouten worden gemaakt, ontkent de wethouder niet. Maar het beeld dat in sommige media werd geschetst naar aanleiding van het rapport van het EIB, herkent Jop Fackeldey niet. In ieder geval niet in Lelystad.

“Tekeningen die slecht worden gelezen, documenten die zoekraken, afdelingen die langs elkaar heen werken: in de grote hoeveelheid werk zal er heus wel eens iets niet goed gaan, maar het is een scheef beeld van de werkelijkheid om dit als dagelijks voortkomende praktijk neer te zetten. In Lelystad proberen we juist zoveel mogelijk aan de voorkant de zaken al geregeld te hebben.

Zo hebben we hard gewerkt aan een duidelijke Welstandsnota. We maken onderscheid tussen zogenoemde welstandsvrije gebieden en gebieden waar we hogere eisen aan welstand stellen. Op één A-viertje wordt duidelijk waaraan je moet voldoen.”

Architectuur.nl plaatste al eerder:
Bouw vertraagt onnodig

     

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.

Gerelateerd

    Schrijf een reactie

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.