Als we aan de jeugd niet kunnen uitleggen waarom het maar de vraag is of we onze economie in 2050 volledig circulair hebben, doen we iets fundamenteel niet goed. Dat schoot me te binnen toen ik me twee weken geleden realiseerde dat het de week van de circulaire economie was.
Argumenten tegen circulaire economie
En toeval of niet, mijn zoon van 16 die bouwkunde doet, moest precies in die week de stelling poneren waarom volgens hem de lineaire economie zijn langste tijd gehad heeft en de Nederlandse economie circulair moet worden. Ter voorbereiding zocht hij al googelend naar wat een circulaire economie is en naar argumenten voor en tegen. Hij ontdekte iets heel opmerkelijks. Als je op ‘argumenten tegen circulaire economie’ zoekt, vind je nergens een helder tegengeluid. Wel veel uitleg over de moeizame weg ernaar toe. Dan komt je zoon (hij kijkt nog op tegen zijn vader) naar je toe met de vraag wat of jíj tegen een circulaire economie kunt bedenken. Frons ik nadenkend m’n wenkbrauwen en begin al redenerend te ontdekken dat ook ik niet één steekhoudend argument tegen een circulaire economie kon bedenken.
Urban mining
Ik kwam niet veel verder dan: we moeten producten repareerbaar maken, fabrikanten moeten nieuwe businessmodellen ontwikkelen en consumenten moeten leren genoegen te nemen met gebruikt in plaats van nieuw. Val je als vader toch lelijk door de mand. De argumenten vóór kwamen als vanzelf. Ik kon putten uit een lange reeks aansprekende voorbeelden van circulaire initiatieven die de bouwsector nam. Zo vertelde ik hem over projecten als Circl in Amsterdam, de circulaire herhuisvesting van Liander in Duiven, paviljoen The Green House in Utrecht en de Ru Paré Community in Amsterdam-West. Daarnaast deed ik mijn zoon uitvoerig verslag van de inspirerende mensen die ik afgelopen jaren sprak over circulariteit en kon hem uitleggen waar een bedrijf als New Horizon voor staat en wat urban mining is.
Circulaire economie
Toen ik zo een tijdje zat op te sommen wat er zo goed is aan circulariteit – vermoeiend hoor zo’n breedsprakige vader – begon ik me hoe langer hoe ongemakkelijker te voelen. Als circulair denken en doen dan zo voor de hand ligt – het is een kwestie van een knop, die moet enkel even om
– waarom beginnen we er dan niet morgen al mee? Het antwoord op die vraag kon ik hem niet geven en dat wringt. Als we aan de jeugd niet kunnen uitleggen waarom het maar de vraag is of we onze economie in 2050 volledig circulair hebben, doen we iets fundamenteel niet goed. Over dertig jaar ben ik eind tachtig, maar staat mijn zoon in de kracht van zijn leven. Het is onze dure plicht ervoor te zorgen dat de wereld waarin hij en zijn generatiegenoten dan leven zuiver, circulair en als het even kan ook zorgeloos is.
Foto: Tom van Soest mengt bouwgruis met zand in steenfabriek St. Joris. Lees het artikel StoneCycling baksteen van bouwpuin
Schrijf je in voor de nieuwsbrief
Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.