De Atlantikwall was een Duitse verdedigingslinie langs de kust, aangelegd ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Ook in steden langs deze linie werd een brede strook kaalgeslagen voor tankgrachten en bunkers. 70 jaar later zijn op vele plekken nog restanten van de linie zichtbaar. Kristel ter Steege is gefascineerd door ruimtelijke littekens uit het verleden en is afgestudeerd aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten op een plan dat het onderlinge verband van deze verdedigingswerken weer zichtbaar maakt in Den Haag. Ze won met haar poëtische Living Archeology dit jaar de BNI prijs.
‘De wond is uitval en verstoring van wat anders voortgaat en zich ontwikkelt. Het Griekse woord voor wond is ‘trauma’. Uit mythisch oogpunt is een wond als opening ook een doorgang naar een mogelijke transformatie en een venster op wat voorafging. We moeten een wond inspecteren, niet verwaarlozen of ontkennen. Een wond dient te worden beoordeeld, verzorgd, gereinigd en misschien gehecht of behoedzaam worden uitgeschept.’ Uit: Het boek der Symbolen. Taschen, 2010. Het goede en het schone tegenover de pijn en de smet. Na precies 70 jaar is de wond van de Tweede Wereldoorlog grotendeels uitgeschept, gereinigd en verzorgd. Steeds minder mensen dragen hem bij zich, de wond is opgenomen in de huid. In het verleden wilde men zijn pijn zo min mogelijk voelen en de wond het liefst onder de kleding verschuilen. Zowel in mentale als fysieke zin kan ruimte een wond zijn voor de collectieve stem, die de mens herinnert aan een gebeurtenis uit het verleden. Het kunnen uitspreken van het collectieve belang van deze fysieke overblijfselen na een traumatische gebeurtenis is vaak een langdurig helingsproces. Welke alternatieven kunnen er geboden worden om beladen ruimte uit het verleden in het heden zichtbaar te maken en in te laten werken op mentale ruimte van de collectieve stem na een traumatische ervaring? Zoals Voltaire heeft opgemerkt; ‘de geschiedenis verandert niet, maar wel wat wij ervan willen’. Een vaststaand feit uit het verleden kan worden uitgelegd in boeken maar eveneens door zijn fysieke overblijfselen.
Voorgaande tekst is de inleiding van het eerste hoofdstuk van mijn scriptie Transcedente Bruikbaarheid, dat tijdens mijn afstudeerjaar als startpunt diende voor de ontwikkeling van mijn project Living Archeology. Ik heb me verdiept in ruimte die niet meer gebruikt wordt voor het doel dat het ooit diende. In het bijzonder religieuze of macht gerelateerde gebouwen. Het is een onderzoek naar het conserveren danwel herbestemming van deze ‘gevoelig’ liggende architectuur en het bieden van nieuwe perspectieven op aangeleerde en eenzijdige denkwijzen van haar gebruikers. Meer concreet heb ik onder andere de bruikbaarheid van monumenten onderzocht. Ik vind dat een monument niet statisch, maar in beweging moet zijn, zodat mensen in hun eigen tempo en op eigen wijze stil kunnen staan bij wat herdacht dient te worden.
Litteken in Den Haag
Vanuit dit uitgangspunt ging ik het Haags stedelijk weefsel opnieuw bevragen en de overblijfselen van de Atlantikwall weer als geheel zichtbaar maken. De Atlantikwall was een meer dan 5000 kilometer lange verdedigingslinie die de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog hadden aangelegd. Het bevond zich langs de gehele Atlantische Kust van de Spaanse grens tot aan Noorwegen met als doel een geallieerde invasie te kunnen weerstaan. Een ingrijpend project dat mij aanleiding bood tot de vorming van een bruikbaar monument. Ik heb me gericht op de impact die dit heeft gehad op Den Haag, waarbij de lijn, als litteken van een wond, de aangetaste wijken na 70 jaar nog steeds met elkaar verbindt. In het plan wordt het onderlinge verband van deze verdedigingswerken weer zichtbaar gemaakt.
De Atlantikwall bestond uit tankgrachten, tankmuren, versperringen en bunkers. Sommige van deze bunkers zijn nog, als geïsoleerde elementen, zichtbaar in de stad en de duinen. Andere zijn na de oorlog opgeblazen of verscholen geraakt onder een zandlaag. In Living Archeology zijn vier van deze betonnen massa’s uitgegraven, horizontaal of verticaal doorgezaagd en gedeeltelijk verplaatst in de gevarieerde landschappen waarin ze destijds gestort zijn. De bunkers fungeren als rustpunt tijdens het wandelen van de route. De zaagsneden doen de grens tussen openbare en private verblijfsruimten vervagen, omdat de ingreep ervoor zorgt dat zowel voorbijgangers als tijdelijke bewoners tegen, op of in de bunkers kunnen verblijven. De grens wordt enkel aangegeven door het glas dat de binnen- en buitenruimtes van elkaar scheidt. Ik heb ervoor gekozen het interieur op te lichten om het contrast met het ruwe doorgezaagde beton te versterken en het licht via de sneden intenser binnen te laten komen. Het smetteloze wit tegenover de vergankelijke verwering.
Fascinerende variatie
Het fascineerde me dat de verdedigingswerken zoveel variatie in volumes, plekken en onderlinge verhoudingen vertoonden, terwijl ze globaal gezien allemaal uit meters dik beton opgebouwd waren ter verdediging van het land. De bunkers werden voor verschillende verdedigingsdoeleinden gebouwd, waardoor ze ook qua vorm, afmeting en ligging erg van elkaar verschillen. Naast de sneden en verschuiving heb ik deze variëteit willen benadrukken door de meubelelementen tot een minimale te beperken en ze allemaal dezelfde afmeting te geven. Door de herkenbaarheid van handelingen zoals koken, slapen, douchen of toiletteren hoop ik dat de bewoner deze verscheidenheid in zich opneemt. Ook het hangsysteem om in te slapen heb ik teruggebracht om de mentale vrijheid, ten opzichte van de fysieke beperking, te benadrukken. Door het railsysteem ontstaat er meer bewegingsruimte om je in de massa te positioneren en het verruimt je perspectivische blik op de omgeving. Vanwege het gebrek aan spijkers maakte men uitsparingen in het beton om houten dragers te kunnen bevestigen. Deze uitsparingen heb ik opnieuw gebruikt als verbinding bij bepaalde meubelelementen.
Omvang voelbaar maken
De nummering van de bunkertypes is het tweede onderdeel dat ik onder de aandacht heb gebracht. Met dit classificatiesysteem kan men gegevens van de bunkers herleiden. Zo zijn alle zes types geëvolueerde versies op voorgaande bunkertypes. Omdat adresgegevens ontbreken zijn de plekken alleen via coördinaten traceerbaar. Als wandelaar ben je afhankelijk van je eigen waarneming om de route te kunnen lopen. Ik zocht naar een manier om de omvang en complexiteit van de bouw van de Atlantikwall voelbaar te maken voor de menselijke schaal, met als doel: het overstijgen van rede en verstand door in te spelen op instinct en intuïtie. Terugkijkend op mijn afstudeerperiode bleek het schrijven van mijn scriptie zeer waardevol te zijn voor mijn verdere ontwerpkeuzes. Het op grote schaal omzetten van theorie heb ik ervaren als een nieuwe ontwerplaag via taal. Iets dat ik verder hoop te ontwikkelen via eventuele vervolgstudies. Het winnen van de BNI prijs was vanzelfsprekend een groot compliment op dit langdurige en intuïtieve proces.
Terug naar het verleden
Kristel ter Steege heeft voor haar afstudeerproject Living Archeology de overblijfselen van de Duitse Atlantikwall opnieuw vormgegeven, of beter gezegd, verzaagd en versleept. Zo hard als het materiaal en onderwerp dat ze heeft gekozen zo verzachtend is haar talent. Op alle vlakken is het plan zorgvuldig uitgewerkt. Met fluwelen handschoenen en een onderzoek naar transcendente bruikbaarheid zijn de betonnen bunkers ingefluisterd zich niet meer te verzetten. Alles kent een verfijnde hand die analyserend schetst. Papier, schuim en grafische letters weten de werkelijkheid zo te representeren dat de betonnen verdedigingsblokken worden omgevormd in een ontwerp dat zich als een pentekening verbindend door het landschap weet te bewegen. Zware grootschaligheid zal zich onderwerpen aan de haar opgelegde schoonheid.
De jury is van mening dat met haar precisie en zorgvuldigheid de modelwereld die ze schetst in al haar kwetsbaarheid overeind zal blijven als de grote logge machines het beton te lijf gaan en de weerbarstigheid van regelgeving, functionaliteit, efficiëntie en werkbudgetten de zogenaamde werkelijkheid inluiden. De verleiding en de kwetsbaarheid van de schets en verbeelding zijn bij haar in goede handen. Ken je klassiekers, analyseer ze, verdiep je in hun denken, volg ze na en het verzaagde verleden openbaart nieuwe kwaliteiten waaraan een eigen taal aangemeten kan worden. Kristel wint de BNI-prijs niet alleen vanwege haar slagkracht maar vooral voor haar verbeelding en haar kunst alle materialen te transformeren in schoonheid en vertellingen. Uit het Juryrapport van de BNI-prijs 2015schoonheid. De jury is van mening dat met haar precisie en zorgvuldigheid de modelwereld die ze schetst in al haar kwetsbaarheid overeind zal blijven als de grote logge machines het beton te lijf gaan en de weerbarstigheid van regelgeving, functionaliteit, efficiëntie en werkbudgetten de zogenaamde werkelijkheid inluiden. De verleiding en de kwetsbaarheid van de schets en verbeelding zijn bij haar in goede handen. Ken je klassiekers, analyseer ze, verdiep je in hun denken, volg ze na en het verzaagde verleden openbaart nieuwe kwaliteiten waaraan een eigen taal aangemeten kan worden. Kristel wint de BNI-prijs niet alleen vanwege haar slagkracht maar vooral voor haar verbeelding en haar kunst alle materialen te transformeren in schoonheid en vertellingen. Uit het Juryrapport van de BNI-prijs 2015.
Tekst: Kristel ter Steege
Dit artikel werd gepubliceerd in ArchitectuurNL nummer 8 van 2015
Schrijf je in voor de nieuwsbrief
Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.