‘Een vredig gevoel teweegbrengen was wat ik met mijn afstudeerproject wou bereiken. Toen ik in november 2011 bij Kottbusser Tor in Berlijn uit de metro stapte, wist ik gelijk dat dit daarvoor de ideale plek zou zijn. Vredigheid kan Kottbusser Tor, en in het bijzonder het gelijknamige U-Bahnhof, goed gebruiken.’ Charlie Minter licht zijn ontwerp toe, waarmee het unheimische plein transformeert in een vredige verblijfsruimte.
Gevuld met grote flats
Kottbusser Tor is in de Tweede Wereldoorlog zwaar gebombardeerd en eigenlijk is het daarna nooit meer helemaal goed gekomen. De gatenkaas die overbleef na het bombardement werd onderdeel van een geïsoleerd grondgebied van West-Berlijn waar de huizen van slechte kwaliteit waren. De lege plekken werden in de loop van de jaren 60 en 70 op ongecoördineerde wijze gevuld met grote flats. De nauwe, donkere ruimtes die zich tussen deze gebouwen bevinden werden het domein van junks en dealers, terwijl de overige publieke ruimte gedomineerd wordt door de grote hoeveelheid auto’s die overal over het plein razen.
In het ondergrondse U-Bahnhof is het zo mogelijk nog onprettiger: lange onoverzichtelijke gangenstelsels leiden langs een benauwde bloemenwinkel en een verlaten kiosk naar het perron, dat zich in een lange, slecht verlichte en erg lage (2.40m) ruimte bevindt. Het doet denken aan een dwangbuis. Kottbusser Tor is een plek waar je je als bezoeker onveilig en onvredig voelt.
Vredigheid creëren
Voor het teweegbrengen van een gevoel van vredigheid met het herontwerp heb ik geprobeerd gebruik te maken van de expressie van de architectuur. Ik geloof dat vredigheid bestaat uit drie verschillende gevoelens: vrijheid, vreugde en continuïteit. Deze drie elementen heb ik geprobeerd terug te laten komen in het herontwerp van zowel het plein als het ondergrondse station, om zo door middel van de expressie het gevoel van vredigheid bij de bezoeker op te roepen.
Ook in technische zin speelde vredigheid een belangrijke rol — om vrede te waarborgen diende het herontwerp duurzaam te zijn. Op gebied van water, energie en materiaalgebruik zijn er een aantal maatregelen getroffen die de vredige architectuur versterken en tegelijkertijd het gebied en het gebouw duurzamer maken.
Het plein
Om het plein een meer doorlopende ruimte te maken, worden er een drietal ontwerpingrepen gedaan. Ten eerste worden er drie gebouwen op het plein, waarachter zich de nauwe steegjes bevinden, gesloopt. Daardoor is er meer ruimte voor de voetganger en wordt de ruimte op het plein duidelijker leesbaar doordat de lijn van de hoogbouwflats wordt gevolgd (afbeelding 2).
Ten tweede wordt de verkeerssituatie aangepast door al het autoverkeer langs de zuidzijde van het plein te leggen, waardoor de voetganger zich vrij over het hele plein kan begeven zonder over te hoeven steken. De zonnige noordzijde van het plein wordt op die manier vrijgemaakt voor bijvoorbeeld terrassen.
De derde ingreep vergroot de mate van continuïteit van de ruimte onder het bovengrondse station, het Hochbahnhof, door. Waar dit station in de oorspronkelijke situatie een visuele barrière vormde, zorgt een subtiele verlaging van het maaiveld onder het station voor een doorlopend plein. De helling maakt de noordzijde van het plein nog aantrekkelijker voor recreatieve activiteiten.
U-Bahnhof Kottbusser Tor
Ook bij het herontwerp van het ondergrondse U-Bahnhof speelt de drievoudige expressie vrijheid, vreugde en continuïteit een centrale rol. Om vreugde toe te laten in het ondergrondse station was het noodzakelijk om daglicht binnen te brengen. Om bezoekers een gevoel van vrijheid te bezorgen wou ik reizigers de mogelijkheid geven zich ondergronds visueel te oriënteren op de bovengrondse situatie zodat ze niet door middel van bordjes naar de juiste uitgang hoeven te worden gestuurd.
Om dit voor elkaar te krijgen krult het dak van het station omhoog en steekt de gevel langs de gehele noordoostzijde boven het maaiveld uit. Om tegelijkertijd bovengronds de continuïteit van de belangrijke stedenbouwkundige assen te waarborgen, duikt het dak naar beneden waar het kruist met het Hochbahnhof en komt het aan de zuidwestzijde omhoog (afbeelding 1 en 3). Zo vormen zich op de logische plekken entrees en kan daglicht van alle kanten het station binnentreden. De hellende dakvlakken worden ingericht als stedelijke ligweiden met aan hun voeten een vijver.
Binnenin het station loopt de helling van het plein door in slome trappen die naar het niveau van de perrons leiden. Bovenaan de trappen bevinden zich de bloemenwinkel en een klein café, waardoor het station verandert van een plek om zo snel mogelijk weer weg te gaan naar een plek om prettig te verblijven (afbeelding 6 en 8).
De grote gevelvlakken verbinden het heden met het verleden. Bij de gevelcompositie zijn maateenheden van de Hochbahnhofgevel uit de jaren twintig overgenomen waardoor er een conversatie tussen de twee ontstaat. Maar in plaats van het strakke ritme van het Hochbahnhof, is in de gevels van het nieuwe U-Bahnhof gekozen voor een vreugdevolle, speelse compositie (afbeelding 7).
Stressed-ribbon constructie
De vrijheid en continuïteit in het interieur wordt gewaarborgd door de kolomvrije ruimte. De enorme overspanning die daarvoor nodig is, op sommige plekken meer dan 50 meter, vereist een innovatieve oplossing om te voorkomen dat het een al te zwaar dakpakket zou worden (afbeelding 5). Er is gekozen voor een systeem waarbij het gehele dak ‘hangt’, een stressed-ribbon constructie, waardoor de dakconstructie slechts 85 cm dik is.
Geprefabriceerde betonnen elementen worden daarbij opgehangen tussen staalkabels die na afgieten worden nagespannen om het dakpakket vormvast te maken. Deze staalkabels zijn opgehangen aan V-vormige kolommen, waarbij tussen het plafond en de kolomaansluiting ruimte is overgelaten. De kolommen drukken op die manier zo’n enorme kracht uit dat het loodzware dak haast in de lucht lijkt te zijn gegooid — de ultieme vorm van vrijheid (afbeelding 10).
Duurzaamheid
Voor de benodigde elektriciteit in het station wordt gebruik gemaakt van het regenwater uit de buurt. Regenwater uit de omgeving van Kottbusser Tor wordt verzameld op het plein en aan de voet van de ligweiden ingezet als stedenbouwkundig element. Onder deze vijvers bevinden zich vijf ‘trompes’, compressoren waarmee de potentiële energie van het regenwater wordt omgezet in luchtdruk (afbeelding 9). Deze samengedrukte lucht kan vervolgens worden gebruikt om een generator aan te drijven waarmee elektriciteit kan worden opgewekt, genoeg om per jaar 32 MWh te genereren.
Naast een utilitaire functie, draagt het water ook bij aan de expressie in het interieur — spleetvormige openingen laten zonlicht, gefilterd door het water, binnenvallen in het interieur. De vier klassieke elementen, aarde, water, lucht en vuur, zijn hier in het ontwerp verenigd (afbeelding 4).
Huzarenstuk – commentaar van mentoren
Kottbusser Tor is een plein in Berlijn dat wordt bepaald door onprettige architectuur, veel verkeer en een Hochbahnstation. Ondergronds is de situatie niet veel beter. Daar bevindt zich een U-Bahnstation met benauwd lage ruimte, waar licht en vrolijkheid geen kansen krijgen. Charlie Minter heeft zich voor zijn afstudeerproject ten doel gesteld dit stukje Berlijn humaner en duurzamer te maken door een nieuw U-Bahnstation Kottbusser Tor te ontwerpen en daarmee de situatie bovengronds ook aan te pakken.
Eerst schept Charlie orde bovengronds door het verkeer te bundelen langs één zijde van het plein en door een paar gebouwen te slopen die een onbehaaglijk straatje insluiten. Dan volgt de tweede fase. De kracht van dit deel van het plan schuilt in de eenvoud van de oplossing. Een architectonisch gebaar dat zowel onder- als bovengronds effectief is en technisch elegant.
Zoals kinderen een laken met knijpers op stoelen vastzetten om hun huisje te maken, zo spant Charlie een betonnen dak over het ondergrondse station. De ogenschijnlijke lichtheid van dit dak zonder kolommen bepaalt nu de sfeer. Daar waar het dak (doek) boven de grond wordt getild laat het zeeën van licht binnenvallen en ontstaan toegangen tot de ruime stationshal. Bovengronds creëert de golving van dit zelfde dak een landschap dat het stadse plein verzacht en de Berlijners een plekje in de zon gunt.
Het plan is ook op technisch duurzame wijze uitgewerkt. Twee energetische voorbeelden daarvan zijn de verzameling en het gebruik van regenwater voor stroomopwekking en het via het voorplein binnenleiden en daarmee voorverwarmen of koelen van ventilatielucht voor de stationshal (afbeelding 11). Het grootste duurzaamheidscadeau dat Charlie Minter echter geeft aan Kottbusser Tor is echter sociaal van karakter. Vredigheid (Peacefulness) was een sleutelbegrip vanaf het begin van het project, en dat is precies wat Charlie heeft bereikt. Hij heeft met zijn ingrepen het sociaal, functioneel, esthetisch en technisch zeer problematische Berlijnse gebied vredigheid, en daarmee voor al zijn gebruikers nieuwe hoop gegeven. Een huzarenstuk. Kottbusser Tor zou mogen hopen dat dit plan gerealiseerd wordt.
Commentaar mentoren Robert Nottrot, Andy van den Dobbelsteen en Patrick Healy, TU Delft
Tekst en beeld: Charlie Minter
Schrijf je in voor de nieuwsbrief
Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.