Een combinatie van stadsverwarming en WKO-warmtepompen, is dat wel rendabel? De Rotterdamse woningcorporatie Stadswonen besloot de uitdaging aan te gaan in het woon-werkcomplex Cité. En met succes. Een nadere kijk op het energiesysteem, de ervaringen en het verbruik na bijna drie jaren van bewoning. Op de Kop van Zuid in Rotterdam wordt sinds augustus 2010 volop geleefd in het woonen werkcomplex Cité, waarvoor Tangram Architekten het ontwerp maakte. De bijna 500 appartementen en tientallen werkruimtes voor studenten en startende ondernemers hebben een bijzonder energiesysteem. Zoals alle gebouwen in dit gebied, is ook Cité aangesloten op de stadsverwarming. Maar, hier is voor het eerst de combinatie gemaakt met energieopslag en warmtepompen.
WKO samen met Inholland
De keuze voor warmtekoude-opslag (WKO) met warmtepompen vloeide voort uit de wens van woningcorporatie Vestia Rotterdam Stadswonen om zo duurzaam mogelijk te koelen. De combinatie met stadsverwarming lijkt echter te wringen aangezien met een WKO ook verwarmd moet worden om de koude-opslag te regenereren. Dat betekent een verminderde afname van het warmtenet terwijl toch een grootschalige aansluiting nodig is voor de pieksituatie. Uit een studie van DWA installatie- en energieadvies bleek deze combinatie toch economisch rendabel, mede vanwege de relatief grote warmtevraag voor warm tapwater. Bij gebrek aan een vrije boorzone voor WKO onder Cité is Stadswonen met de buren gaan praten met als resultaat een energetisch voordelige samenwerking met onderwijsinstelling Inholland. De twee gebouwen hebben een tegengesteld energieverbruik – Inholland met name overdag, Cité ’s avonds – waardoor het energiesysteem niet op dubbelvermogen uitgelegd hoefde te worden.
Oorspronkelijk had DWA betonkernactivering met extra radiatoren opgenomen in het ontwerp, maar dit bleek lastig te implementeren, onder meer vanwege de geplande tunnelbouwtechniek. Door over te stappen op lage temperatuur vloerverwarming werd voorkomen dat de bouwstromen door elkaar heen liepen en er te vroeg te veel details omtrent het installatiesysteem voorhanden moesten zijn. Arie Huisman, manager Building bij DWA: ‘Uit simulaties bleek de werkzame massa per dag, in verband met accumulatie, bij betonkernactivering zo’n 50-70 mm te zijn. Met vloerverwarming wordt ongeveer hetzelfde bereikt, dus voor de duurzaamheidsdoelen maakte het geen verschil.’
‘Het lastigste van innovatieprojecten als deze, is de organisatorische en procesmatige kant’, zegt Huisman. ‘En dat is juist wat hier erg goed is gegaan.’ Inholland en Cité moesten niet alleen met elkaar samenwerken, maar ook met het energiebedrijf en het vervoersbedrijf. De oversteek van de WKO-leidingen van Inholland naar Cité was naast een technische uitdaging – bovengronds, over de ingang van de metrotunnel heen – ook juridisch gezien een complex probleem. ‘Maar door de positieve grondhouding van de samenwerkende partners is ook dit tot een goed einde gebracht,’ concludeert Huisman.
Individuele registratie verbruik
Cité heeft een uitgebreid domoticasysteem waarmee individuele registratie van het energieverbruik mogelijk is. De afgenomen warmte, koude en warm tapwater worden gemeten met Kamstrup warmtemeters en dagelijks radiografisch doorgestuurd naar het monitoringsbedrijf Metsens, evenals het elektraverbruik. Bewoners kunnen online hun verbruik inzien en ontvangen jaarlijks een individuele eindafrekening. Volgens een klein onderzoek van Metsens kijkt 60% procent minstens een keer per maand naar het eigen verbruik, met name om het voorschotbedrag niet te overschrijden.
De bovenstaande maatregelen leveren volgens berekeningen een CO2-besparing op van 226 ton per jaar. De meerinvestering, voor Stadswonen en Inholland samen, bedroeg volgens de begroting 1,6 miljoen euro – zo’n 100% meer dan het conventionele alternatief – en is mede mogelijk gemaakt door subsidie uit de Unieke Kansen Regeling van Agentschap NL. De uiteindelijke realisatie viel 21% duurder uit dan begroot, met name door de domotica, ondanks versoberingen, en de vloerverwarming.
In de berekeningen voor Cité is uitgegaan van een jaarlijks verbruik van 1210 MWh elektriciteit, een besparing van 4%, en een verbruik van 3233 GJ warmte uit het warmtenet, wat een besparing van 56% oplevert versus de referentiesituatie. In 2012 was het werkelijke elektraverbruik slechts 1098 MWh. Hiervan werd 62% verbruikt door de verhuurde woningen en kantoren, en was de overige 38% gemeenschappelijk, zoals verlichting van atrium en trappenhuizen en gebruik van de liften. De afname uit het warmtenet was in 2012 met 2980 GJ ook minder dan verwacht. Daarbovenop werd 6657 GJ aan de WKO onttrokken. Van de totale warmte werd 41% door de verhuurde ruimtes verbruikt en 59% voor het gemeenschappelijke deel.
Beheer van groot belang
De WKO met warmtepompen ging de eerste anderhalf jaar vrij vaak in storing. Vanwege de aansluiting op het warmtenet, en het automatisch overschakelen, merkten de bewoners daar vrijwel niets van. ‘Er gaat wel een paar jaar overheen voordat zo’n systeem optimaal is ingeregeld. Een goed contract met de beheerder over onderhoud en inregelen is daarom onontbeerlijk’, zegt Peter van Gennip, van Estrade Projecten, de ontwikkelentiteit van Vestia, en destijds projectleider namens Stadswonen. ‘Bewoners vonden dat het te lang duurde voordat de woning op temperatuur was, waarna de stooklijn iets verhoogd is.
Uit een onderzoek naar de koudeklachten bleek dat de samenwerking met de bouwmarkt, die wij van informatie hadden voorzien, niet helemaal goed was verlopen. Een aantal bewoners heeft daardoor een te goed isolerende ondervloer aangebracht. Bij mutaties wordt de isolatie verwijderd, en dan kan de temperatuur waarschijnlijk weer naar beneden.’
In 2012 is het gemeenschappelijke verbruik van zowel warmte als elektriciteit gedaald ten opzichte van 2011, mede dankzij de inzet van de bewonerscommissie die de algemene energierekening erg hoog vond. Recente problemen met het warme tapwater op de bovenste verdiepingen houden verband met roestvorming in een voorraadvat dat binnenkort vervangen wordt. Cité biedt verder ook veel woongenot: ‘Het uitzicht is overal prachtig en de woningen zijn ruim en mooi afgewerkt’, aldus de bewonerscommissie.
Vertrouwen
Al met al is Stadswonen tevreden over de doorgevoerde innovaties. Van Gennip: ‘De energiebesparingen komen direct ten gunste van de bewoners.’ Huisman van DWA stelt: ‘Ik heb zoveel projecten zien sneuvelen doordat alles van te voren uitgedacht en afgedekt moest zijn. Dit project is juist succesvol geweest doordat er, na het tekenen van een intentieverklaring, genoeg vertrouwen was in elkaar dat men gaandeweg de details wel kon invullen.’ Succesvol, wat betreft de energiedoelen, is het zeker.
Tekst: Elizabeth Geurts, Agentschap NL
Fotografie: John Lewis Marshall
Schrijf je in voor de nieuwsbrief
Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.