Levendige glazuren van Koninklijke Tichelaar

Inspiratie

Levendige glazuren van Koninklijke Tichelaar

Door: Jacqueline Knudsen | 17-02-2021

Met glazuren kun je oneindig veel effecten bereiken. Door te variëren met ingrediënten als mineralen, metaaloxiden, pigmenten, ovenatmosfeer en temperatuur, ontstaan transparante of dekkende kleuren, iriserende of kristalglazuren, matte en spiegelende vlakken, of een gelaagd effect. Levendige glazuren noemen ze dat bij de Koninklijke Tichelaar. Het Makkumse bedrijf innoveert en experimenteert graag, samen met architecten. De resultaten zijn oogstrelend.

Bouwkeramiek

“De meeste mensen kennen ons van sieraardewerk zoals borden en vazen, maar die maken we tegenwoordig alleen op bestelling. 90 tot 95% van onze productie bestaat nu uit bouwkeramiek. Gelukkig weten veel architecten ons wel te vinden, als ze uniek keramiek in of aan hun gebouwen willen toepassen. En daar adviseer ik ze graag bij.” Aan het woord is Jan Kok, commercieel directeur bij de Koninklijke Tichelaar.

30 jaar geleden trad hij aan bij het bedrijf als laborant en jarenlang was Kok restaurator van Delfts aardewerk en bouwkeramiek. Hij onderzocht en technieken, maakte glazuren, onder andere voor restauraties van vele jonge monumenten. Met deze brede achtergrond en zijn jarenlange ervaring  als productontwikkelaar kan hij architecten goed adviseren.

450 jaar aardewerk

Het specialisme van Koninklijke Tichelaar, de levende glazuren op bouwkeramiek, is een relatief jonge activiteit. Met een respectabele leeftijd van bijna 450 jaar is het waarschijnlijk het oudste bedrijf in Nederland. Het begon als baksteenfabrikant in 16e eeuw net de productie van de Friese geeltjes. Van de 17e tot eind 19e eeuw produceerden ze vooral gebruiksaardewerk en tegels, met de lokale klei en tinglazuur. Rond 1880, toen de meeste keramiekbedrijven kozen voor de import van grondstoffen, koos Tichelaar voor sieraardewerk en werd daar beroemd mee. Eind 20e eeuw wordt het roer weer omgegooid, in verband met de concurrentie van de lagelonenlanden Het bedrijf gaat samenwerkingen aan met eigentijdse vormgevers als Hella Jongerius en Studio Job, met musea en legt zich toe op de restauratie van jonge monumenten. Enkele prestigieuze projecten waaraan Tichelaar werkt, zijn het Raadhuis Hilversum van Dudok, het Gemeentemuseum (tegenwoordig Kunstmuseum) in Den Haag van Berlage en Van Nelle in Rotterdam van Brinkman en Van der Vlugt.

Stap naar architectuur

Deze projecten leidden weer tot een nieuwe koers binnen het bedrijf, vertelt Kok. “Op de Salone del Mobile in Milaan toonden we sinds 2003 jaarlijks nieuwe collecties innovatief keramiek. Daarmee trokken we de aandacht van designers en architecten.”

Architect Koen van Velsen

Een van de eerste architecten die voor Tichelaar koos, was Koen van Velsen. “Die wilde een geglazuurde baksteen die eruit zag als geanodiseerd aluminium, voor het Kenniscentrum van de Technische Universiteit Eindhoven. We hebben toen een nieuwe glazuur ontwikkeld een nikkel- en een aluminiumglazuur, en glazuurden hiermee wel 300.000 stenen. Later, tijdens ontwikkeling van het stationsgebied in Breda, kwam Koen van Velsen bij ons terug. Daar wilde hij een gelaagdheid van baksteenvlakken in een veelkleurig palet; van aluminiumgrijs tot donkerbruin, van zilver tot terracotta.” Hiermee wilde de architect alle aanpassingen, die hij in de langdurige planfase in zijn ontwerp moest maken, in de gevel tonen en tegelijkertijd het enorme gebouw klein krijgen. In totaal zijn hier acht verschillende glazuren gebruikt.

Variaties in wit

Blinkt het metselwerk in Breda uit door de rijke kleurschakeringen, van een heel andere orde is de vraag die Jacob van Rijs van MVRDV aan Tichelaar voorlegde. Voor het appartementengebouw Parkrand in Amsterdam wilde hij de gevels van het binnengebied geheel in witte geglazuurde stenen uitvoeren, maar wel met patronen erin. Het binnengebied moet een soort gemeenschappelijke huiskamer van het project zijn, compleet met uitvergrote meubelstukken en bomen in giga plantenbakken. Op de wanden bedacht Van Rijs een ruitvormig patroon, als een behang. Kok: “Wij lieten de architect diverse proeven zien van witte effectglazuren, waaronder enkele waarvan het glazuur zodanig was gekrompen dat de scherf zichtbaar was. Jacob van Rijs vroeg ons juist die variant verder uit te werken. Dat resulteerde uiteindelijk in de toegepaste stenen met ‘druppelglazuur’. Ik ben er onlangs nog langs geweest, en het druppelglazuur ziet er na 13 jaar nog uit als nieuw.”

Ruitvormen

Ruitvormen en variaties in wit kenmerken ook het bouwkeramiek voor een Bediencentrale voor de sluizen en stuwen in de Nederrijn en Lek bij Amerongen. “In nauwe samenspraak met architectenbureau Powerhouse Company hebben we voor dit gebouw glazuren ontwikkeld met iriserend effect, waardoor aan het wit rijke kleurnuanceringen zijn toegevoegd. Bovendien hebben de tegels een speciale vorm, ze zijn ruitvormig en het oppervlakte heeft een lichte glooiing. We hebben tegels in drie glazuurvarianten gemaakt die at random in de gevels zijn geplaatst. De architect wil hiermee eenzelfde effect bereiken als dat van het grillige wateroppervlak rond het gebouw. De tegels geven het gebouw steeds een andere uitstraling, afhankelijk van de dag, het seizoen en het standpunt van de voorbijganger.”

Een ander voorbeeld van glooiende glazuren zijn de tegels die interieurarchitect Evelyne Merkx heeft ontworpen voor de trappen naar middentunnel op Amsterdam CS. Tichelaar vertaalde het ontwerp in tegels die door het gekreukte oppervlak het licht gevarieerd breken en zo vele gradaties in jade laten zien.

Zeegezicht

Dé blikvanger op tegelgebied op Amsterdam CS is natuurlijk de 110 meterlange fiets- en voetgangerstunnel het IJ en de binnenstad verbindt. Als uitgangspunt voor het ontwerp van de wand van de tunnel nam ontwerper Irma Boom een zeegezicht van een tegeltableau van Cornelis Bouwmeester. Kok: “Saillant detail is dat wij het originele achttiende-eeuwse tegeltableau eerder hebben gerestaureerd in opdracht van het Rijksmuseum. Irma Boom benaderde ons al in een vroeg stadium van het ontwerp, om de mogelijkheden te bespreken. Het ontwerp loopt via de vloer over in de wand en het plafond. Ze leverde ons een 2D ontwerpmodel met de totale afbeelding. Het decor is volledig handgeschilderd overgebracht op handgevormde tegels. In plaats van de zeeklei die Tichelaar van oudsher gebruikt, hebben we voor dit project klei ingekocht die bij een hogere temperatuur kan worden afgestookt. Daardoor krijg je een tegel die nog beter bestand is tegen vorst, slijtage en vandalisme. Omdat elke tegel uniek is, hebben we bij dit project ook de afbouw en montage van de tegels aangenomen. Onze ervaring is dat bij projecten met complexe bouwkeramische producten we beter de plaatsing zelf in handen kunnen houden, we hebben vaste partners die we als onderaannemers inzetten.

Overigens is het zo dat Koninklijke Tichelaar ook opdrachten aanneemt waar ze alleen het glazuren voor haar rekening neemt en de stenen, steenstrippen of panelen van andere bedrijven betrekt. Wanneer er specifieke eisen aan het keramiek worden gesteld of de typische kenmerken van handvorm keramiek gewenst zijn, produceren ze het zelf in Makkum, zoals voor de twee tunnels op Amsterdam CS.

New Delft Blue

Makkum is de enige plek in Nederland waar ze nog traditioneel Delfts aardewerk kunnen produceren. Aan de andere kant wil Kok ook juist experimenteren en de ontwikkeling van nieuwe technieken stimuleren. “Het afgelopen jaar zijn we bezig geweest met tests voor het maken en glazuren van 3D-geprinte tegels voor twee poorten in een woningbouwproject Poortmeesters in Delft. We werken daarvoor nauw samen met de architecten van Studio RAP. In hun studio in Rotterdam hebben ze unieke keramische tegels geprint die bij ons worden gebakken en geglazuurd. De combinatie van het algoritmische 3D-ontwerp van de tegel met ons ambachtelijke glazuur is heel bijzonder.” Studio RAP heeft dit keramiek New Delft Blue gedoopt.

Huis van Delft

Koninklijke Tichelaar werkt in Delft aan nog een bijzonder project. “Voor Het Huis van Delft leveren we alle tegels, voor de gevelbekleding en voor het interieur. De gevels worden bekleed met zo’n 21.000 tegels in diverse formaten, die zijn nu allemaal al gebakken en met de hand geglazuurd. Voordat het zover was, hebben we geëxperimenteerd tot de kleuren, matheid, het metallische effect goed werden bevonden. Er zijn negen schakeringen blauw gekozen en elke tegel heeft op zichzelf ook diverse kleurnuances. De tegels worden vanaf januari 2021 op de gevels in Delft aangebracht. Dan zal ook het effect van de metallische glazuur duidelijk worden, die zorgt voor reflectie van het steeds wisselende licht op de gevels. Onze levendige glazuren geven het gebouw telkens een andere beleving.”

Eind 2021 wordt het Huis van Delft opgeleverd en in 2022 start de betegeling van het interieur. “Voor de publieke ruimten gaan we tegelwanden maken in traditioneel Delfts aardewerk, maar met een hedendaags kunstwerk van de Delftse canon door Studio JOB.”

Musis Sacrum en Museum Arnhem

Het Huis van Delft is ontworpen door architect Patrick Koschuch. “In het verleden hebben we vaker samengewerkt met deze architect, bijvoorbeeld bij Musis Sacrum in Arnhem. Daar is de gevel bekleed met tubes in een groene effectglazuur. En een ander bijzonder project in die stad is de nieuwe vleugel van het Museum Arnhem. De gevels worden bekleed met tegels waarvan de kleuren verlopen van aardetinten aan de kant van de Utrechtseweg naar lichtblauw en ijswit richting de Rijn. We experimenteren nu in ons laboratorium met kristalglazuren, met ovenatmosfeer, temperaturen en baktijden. We noemen dit reactieve glazuren, tijdens het stookproces reageren de ingrediënten op elkaar.” De vloer van het laboratorium ligt bezaaid met proeftegels, waarbij aangetekend staat de hoeveelste stoking en hoe vaak de oven is geopend. Elke tegel is uniek en een kunstwerk op zich.

Vormstenen

Koninklijke Tichelaar betrekt standaard formaten bakstenen en steenstrips van andere bedrijven om ze in Makkum te glazuren. Wanneer er bijzondere maten worden gevraagd, typische keramische kenmerken of een totaal andere vorm, worden die wel binnenhuis gemaakt, zoals die voor Musis Sacrum. Bekend zijn ook de vormstenen op het dak van Museum de Fundatie in Zwolle. “Die betegeling is minder complex dan het lijkt. Architect Hubert-Jan Henket ontwierp een driedimensionale tegel in twee formaten, 10x10cm en 20x20cm. De reliëftegel heeft een asymmetrische doorsnede en kan dus op vier manieren worden geplaatst. Samen met de twee formaten en de kleurverschillen is er eindeloos gevarieerd, maar in principe hebben de allemaal dezelfde vorm. Voor de gevel van een appartementengebouw aan het Valeriusplein in Amsterdam, dat nu in aanbouw is, leveren we complexere varianten, een soort doorontwikkeling van de Fundatietegel. Ook asymmetrisch, maar met meer knikken erin.”

Voor de nieuwbouw aan het voormalige postkantoor Neude in Utrecht zijn eveneens bijzondere keramische gevelelementen met een gemêleerde glazuur gemaakt, naar ontwerp van Rijnboutt architecten. Het metallische glazuur zorgt voor een spiegelingdie goed past bij de nieuwbouw, terwijl in de vorm aansluiting is gezocht bij de oorspronkelijke architectuur van het gebouw.

Bijzondere vormstenen zijn dit jaar ook gemaakt voor een gebouw in Leeuwarden. “Voor een nieuwbouw achter gebouw De Utrecht, hebben we keramische schalen gemaakt die op de gevels en dak bevestigd worden. De bijzondere vorm is afgeleid van het veelhoekige gebouw en het metallische glazuur is bronskleurig met grillige donkerblauwe spatjes erin, ware juweeltjes!”

Tekst: Jacqueline Knudsen
Fotografie: Koninklijke Tichelaar , Jacqueline Knudsen
Dit artikel is ook gepubliceerd in Bouwwereld 8 2020

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.

Gerelateerd

Tags: ,

    Schrijf een reactie

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.