Metaal Kathedraal in de Meern

Actualiteiten, Nieuws

Metaal Kathedraal in de Meern

Door: Jacqueline Knudsen | 28-04-2015

Toen theatermaakster Maureen Baas de neogotische kerk aan de Rijksstraatweg aan de westkant van Utrecht in 2011 bezocht, verkeerde het pand in slechte staat. Ze besloot het gebouw te huren en het een nieuwe functie te geven als culturele broedplaats, waarmee het letterlijk van de ondergang werd gered. De kerk werd omgedoopt tot Metaal Kathedraal: een naam die refereert aan de verschillende functies die de kerk gedurende haar circa 150-jarig bestaan heeft gehuisvest.

De kerk kent een rijke geschiedenis, die duidelijk afleesbaar is in het exterieur en het interieur. De van oorsprong neogotische kerk is in de periode 1857-1859 gebouwd door de Rotterdamse architect Jan van de Brink. Het is één van de vroegste voorbeelden van neogotische kerkbouw in Nederland. De opzet van de kerk is geïnspireerd op het Engelse tweetorentype, met aan de noordzijde een toegangsportaal met twee torens en aan weerszijden van het schip kapellen die zijn voorzien van een lessenaarsdak. In de 20e eeuw werd de kerk verbouwd tot fabriek en onlangs tot culturele broedplaats.

Hammerbeamspant

Het meest in het oog springende, en tevens het meest Engelse element, is de open kapconstructie die is opgebouwd uit een hammerbeamspant; een schenkelspant wordt met behulp van schoren in de zijmuren gestut. De schoren zijn onderling door middel van bogen met elkaar verbonden. De constructie rust op halfzuilen die tegen de muur aan staan. Het hammerbeamspant werd voor het eerst toegepast in de kathedraal van Winchester in ca. 1280. De Engelse variant van de neogotiek werd in de 19e eeuw door koning Willem II naar Nederland gehaald. Hij had in Oxford gestudeerd en was zodoende bekend geraakt met deze decoratieve, sterk romantische architectuurstijl. In de literatuur wordt daarom ook wel gesproken over de Willem II-gotiek.

Zijspanfabriek

In 1941 veranderde het gebouw van functie. De rooms-katholieke gemeenschap had in het centrum van de voormalige gemeente Oudenrijn, het huidige Vleuten, een nieuwe, grotere kerk gebouwd die het sterk groeiende aantal kerkgangers beter kon herbergen. De Amsterdamse firma J. A. Bon kocht de kerk om er de Hollandse Zijspanfabriek in onder te brengen. De bisschop keurde het plan goed onder één voorwaarde: het pand mocht niet meer als kerk herkenbaar zijn. Alle herkenbare gotische bouwonderdelen zijn vervangen: het portaal met de twee torens is afgebroken en vervangen voor een nieuwe ingangspartij; alle spitsboogelementen zijn rechtgetrokken en de lancetvormige vensters zijn vervangen door een rechthoekige variant. Aan weerszijden van het schip, tussen de kapellen, is een zijbeuk gebouwd waarin kantoren werden gevestigd. Tevens is uit het interieur bijna alle herkenbare ornamentiek gesloopt of verborgen onder een verflaag, met uitzondering van de houten kap. De meest ingrijpende verandering in het interieur is een nieuwe tussenvloer in het schip die de ruimte in twee verdiepingen verdeelde. De zuidzijde, met koorpartij en sacristie, is niet aangepast omdat deze niet vanaf de straat zichtbaar was en heeft nog steeds een herkenbaar gotisch exterieur.
In 1975 werd de fabriek verkocht aan het staalconstructiebedrijf METAK, dat tot 2011 in het pand gevestigd was.

Culturele broedplaats

Sinds 2011 is de Metaal Kathedraal in de voormalige fabriek en kerk gevestigd. Het is een culturele broedplaats voor creatieve kruisbestuiving van ambacht, kunst en wetenschap en vooral ook een buurthuis voor de dorpsgemeenschap van Vleuten-De Meern. Ook het achterliggende terrein met voormalige begraafplaats behoort tot het complex. Voor beide delen is een aparte visie ontwikkeld aan de hand van de speerpunten creativiteit en duurzaamheid.
In de visie voor het pand staat voorop dat de twee eerdere bouwfasen moeten worden behouden. De combinatie van twee functies – kerk en fabriek – heeft het gebouw een bijzonder en ruig karakter verleend dat erg geschikt is voor een cultureel centrum. Dat dit bijzondere karakter breed gewaardeerd wordt, blijkt wel uit het feit dat er inmiddels meer dan 120 fotoshoots hebben plaatsgevonden. Om de ruige schoonheid van gebouw te bewaken zal het daarom zo worden gerestaureerd, dat het lijkt alsof er niets aan het gebouw is veranderd. De verbouwing en restauratie zullen in fasen plaatsvinden. Inmiddels is het dak geheel vernieuwd om verder verval van het casco, voornamelijk het kwetsbare hammerbeamspant, te voorkomen.

Ateliers

In de zijbeuken worden dertien ateliers gehuisvest, deze worden in april 2015 opgeleverd. Bij de verbouwing van deze ateliers is geëxperimenteerd met duurzaam materiaalgebruik. De wanden zijn geïsoleerd met schapenwol en het lessenaarsdak wordt voorzien van een sedum dakbedekking wanneer er financiele middelen zijn. Aannemer HLE kijkt of zij dit kunnen sponsoren!
Voor het functioneren van de ateliers is natuurlijk licht nodig. Over de twee zijbeuken is 75 m2 aan dakramen in stroken toegepast. Er was in de zijbeuken al een aantal dakramen, enkele nieuwe ramen zijn toegevoegd. Tevens waren er toegangsdeuren nodig, zodat de huurders van buiten de kathedraal hun eigen atelier kunnen bereiken. Hiervoor zijn in de buitenmuren van de zijbeuken toegangen gemaakt. De verbouwing van de ateliers is een goed voorbeeld van een klassieke herbestemmingsdiscussie waarbij het belang van het behoud van de bouwfase van de fabriek uit 1941 en de kwaliteiten van het nieuwe plan tegen elkaar moeten worden afgewogen. De gemeente heeft het plan goedgekeurd, omdat deze zorgt voor een beter behoud en functioneren van het gemeentelijke monument. Bovendien wordt de nieuwe functie als culturele broedplaats door de gemeente ondersteund en breed gedragen. De gemeente heeft het cascoherstel voor een klein deel gesubsidieerd (vanuit cultuur) en laag rentende leningen aan de eigenaren aangeboden, waarmee het dak en de zijbeuken grotendeels zijn hersteld.

Tegelijkertijd met de verbouwing en restauratie, worden ruimtes verhuurd voor vergaderingen, (culturele) bijeenkomsten, fotoshoots en filmopnames. Maureen Baas organiseert zelf ook regelmatig culturele activiteiten zoals exposities en film- en theatervoorstellingen. Op deze manier bouwt ze een groot klantenbestand op en kunnen de toekomstige bouwfasen worden gefinancierd.

Eetbaar cultuurpark

Achter de Metaal Kathedraal ligt een aantal buitenpaviljoens en worden kunstwerken getoond. In de toekomst is het de bedoeling dat hier op organische wijze een ‘Eetbaar Cultuur park’ wordt gerealiseerd. Hierbij hoort uiteraard ook een uitgebreid horeca-aanbod waarbij de bezoeker kan genieten van een maaltijd met groenten en fruit (o.a. bramen) uit eigen tuin. Recentelijk heeft de Metaal Kathedraal de omgevingsvergunning gekregen, waardoor Baas ook de horecavoorzieningen daadwerkelijk vorm kan gaan geven. Tevens komt er een soort landwinkel waar producten uit eigen tuin en uit de buurt worden verkocht. Daarnaast zal ook een waterreinigingsinstallatie worden aangelegd vanuit het oogpunt van volledige zelfvoorzienendheid.

Stapsgewijze transformatie

De Metaal Kathedraal is een erg mooi project met een bijzonder toegewijde opdrachtgever. Panden van een dergelijke omvang worden meestal niet door particulieren herbestemd, gewoonweg omdat het erg veel geld, tijd en toewijding kost. Zoals eerder gezegd, moet de investering en exploitatie tegelijkertijd met de bouw worden terugverdiend. De restauratiewerkzaamheden verstoren niet de reguliere activiteiten die in het pand plaatsvinden. Integendeel, het geeft juist een heel levendig beeld. Tijdens de recente excursie van het Netwerk Architectuurhistorie & Co waren bijvoorbeeld bouwvakkers met de ateliers bezig, terwijl tegelijkertijd in het schip een workshop plaatsvond en boven in het ‘Hemelryck’ de lezingenmiddag van het Netwerk werd gehouden. Zelfs op een ‘rustige’ woensdagmiddag bruist het dus in de Metaal Kathedraal van de activiteiten. Hieruit blijkt ook het succes van het project. Vanaf de opening in 2011 heeft er een opmerkelijk groot aantal activiteiten plaatsgevonden.

Het is nog niet duidelijk hoe de toekomst er uit gaat zien. Wat we wel weten is dat het gebouw dat eens als kerk het centrum was van het religieuze leven in de voormalige gemeente Oudenrijn, tegenwoordig als buurthuis weer aan de gemeenschap van de wijk Vleuten-De Meern is teruggegeven.

Tekst Marlieke Damstra  Foto’s Merel Waagmeester

Projectgegevens

Locatie: Rijksstraatweg 20 De Meern
Opdrachtgever: Stichting Cie wordt Vervolgd
Gebruiker: Maureen Baas & Abel Tattje
Architect: Ineke Hulshof
Landschapsontwerp Ellemijk Marks
Hoofdaannemer: HLE Bouw
Vloeroppervlak: ruim 5.000 m2

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.

Gerelateerd

Tags: , , , , ,

    Schrijf een reactie

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.