Vanuit Rotterdam bestrijkt het internationale bureau XCOOP de hele wereld. De twee oprichters, een Amerikaanse en een Italiaan, zijn geschoold bij OMA van Rem Koolhaas. Iconische gebouwen maken ze nog steeds maar de focus is verschoven naar ontwikkelende landen. ‘In het Westen komt architectuur vaak neer op damage control, waarbij gebouwen zich moeten voegen naar een stad of landschap. In ontwikkelende landen ontbreken zulke planologische structuren. Deze leegte vinden wij verfrissend.’
Een architectenbureau met slechts twee medewerkers dat gelijktijdig opereert in vier landen op drie continenten. En dan niet met één activiteit maar met drie totaal verschillende projecten, zoals lesgeven in India, iconische architectuur ontwerpen voor een Arabische oliestaat en de ontwikkeling van een flexibel woonconcept voor de Nederlandse markt. Het klinkt als een droom – of voor sommigen wellicht als een nachtmerrie. Maar voor het Rotterdamse bureau XCOOP is dit letterlijk de alledaagse realiteit. ‘Reizende architecten’- zo zien de Italiaanse Andrea Bertassi (1978) en de Amerikaanse Cristina Cassandra Murphy (1978) zichzelf. Bertassi ‘Dankzij skype en andere mobiele netwerken maakt het nauwelijks nog uit waar je woont of werkt. Je moet twenty-four seven online zijn. Soms hadden we vanuit Mumbai overleg met klanten die niet eens wisten dat we zevenduizend kilometer verderop waren’, vult Murphy aan.’ Lachend: ‘Zolang het WiFi-signaal maar sterk is.’
Verfrissende leegte
XCOOP ziet de hele wereld als zijn werkterrein. Ze zijn net terug van een gastdocentschap van bijna een half jaar in de Indiase metropool Mumbai. ‘Onze aandacht verschuift steeds meer naar landen met ontwikkelende markten.’ Natuurlijk liggen daar praktische redenen aan ten grondslag. Murphy: ‘De markt mag dan nog in ontwikkeling zijn in regio’s als India of Latijns-Amerika, het is tenminste een markt. In Nederland komen wij er niet tussen.’ Daarbij kan architectuur in deze landen nog echt een verschil maken, zegt Bertassi. ‘In het Westen komt architectuur vaak neer op damage control. Het zijn gebouwen die zich moeten voegen naar een stad of een vastliggend landschap. Of het gaat om herprogrammering van een gebouw uit de jaren zestig of zeventig dat niet meer functioneert. In ontwikkelende landen ontbreken zulke planologische structuren. Deze leegte vinden wij verfrissend.’
Dilemma van middenklasse
Niet alleen schakelen Bertassi en Murphy tussen de continenten, ze verkennen ook de grenzen van architectuur. Sinds 2011 werken ze aan de ontwikkeling van de modulaire cataloguswoning SoftRock, een zelf geïnitieerd project waarbij ze naast architect ook ondernemer zijn. ‘We brengen het concept aan de man met een website waarop potentiële klanten zelf een basisontwerp kunnen maken. Bij de bestaande cataloguswoning is architectuur afwezig. De grootte en de ligging van de kavel, de wensen van de individuele consument of de aanwezigheid van lokale grondstoffen speelt geen enkele rol in het ontwerp, dat vastligt.’ Geheel volgens de radicale form follows function-aanpak van Rem Koolhaas heeft XCOOP een archetypisch huis met puntdak ontworpen waarin recht-toe-recht-aan volumes kunnen worden gestoken. De afmetingen en functies van deze volumes zijn variabel. ‘Het ontwerp is een vast grid waarin we eenvoudig kunnen variëren.’ Tegelijkertijd combineerden ze het gastdocentschap in Mumbai met een onderzoek naar het dilemma van de middenklasse. ‘De grondprijzen in Indiase steden zijn te hoog, waardoor families worden gedwongen om weg te trekken naar de buitenranden. Terwijl deze mensen een onmisbare factor voor economische groei zijn in de stad.’ De oplossing die XCOOP onderzocht is even radicaal als voor de hand liggend. ‘We volgen de IKEA-filosofie. Door een slim en flexibel ontwerp kan een huis betaalbaar blijven. Een slaapkamer kan overdag en ’s avonds ook fungeren als woonkamer.’ Daarnaast wordt ook een meer ingrijpende oplossing onderzocht waarbij ook de nieuwbouw op de schop gaat. ‘Door ontwikkelaars te overtuigen te bezuinigingen op openbare ruimte als gangen of de galerij, stijgt de woonruimte per project en daalt de verkoopprijs.’ De resultaten van dit onderzoek worden dit najaar gepresenteerd met een expositie in het architectuurcentrum Studio X in Mumbai. ‘We staan open voor een permanent verblijf daar.’
Koolhaas
Maar vooralsnog zijn ze gevestigd in Rotterdam. Voor een architectenbureau met mondiale ambities is Nederland – Rotterdam in het bijzonder – de beste vestigingsplaats. ‘Waar je ook komt ter wereld, dat boezemt meteen vertrouwen in. Het internationale aanzien van Nederlandse architectuur is nog steeds immens.’ Door hun achtergrond en loopbaanopbouw hebben ze een wijdvertakt internationaal netwerk. De Italiaanse Andrea Bertassi is opgeleid in Venetië en Brussel, werkte eerst in Milaan en ging in 2005 in Rotterdam aan de slag bij OMA. Cristina Murphy is nog meer wereldburger. Als dochter van een Amerikaanse militair groeide ze op in verschillende landen. Vervolgens studeerde ze in New York, Venetië en Delft, om in 2003 ook op het Rotterdamse kantoor van OMA te gaan werken. ‘Voor een architect met ambitie was Nederland in die tijd the place to be’, zegt Murphy. ‘Van de Superdutch was OMA het meest aansprekende bureau.’ Meer nog dan door hun academische opleiding zijn ze gevormd door te werken onder de vleugels van Rem Koolhaas. ‘Samenwerken met architecten uit meer dan veertig landen is inspirerend. En dan ook nog in een bureau dat zo radicaal vernieuwend is. Daar hebben we geleerd om te werken aan zeer complexe opdrachten’, zegt Murphy die onder meer meewerkte aan de CCTV Tower in Beijing. Het gerucht dat de vele jonge architecten bij OMA nauwelijks tot geen contact hebben met Rem Koolhaas wil ze graag rechtzetten. ‘Ik heb nauw met hem samengewerkt bij het ontwerp van zijn woonhuis op een Mediterraan eiland. Veel persoonlijker kan een samenwerking niet zijn. Dit is zelfs spannender dan je eigen huis ontwerpen.’
Universiteit Qatar
Vanwege hun jarenlange ervaring bij OMA en het internationale netwerk werden ze vorig jaar gevraagd voor het ontwerp van een universiteitsgebouw in Doha in Qatar. ‘Een van de partners, een Syrische architect, ken ik nog van mijn studie in Delft. We krijgen een vaste vergoeding voor het conceptontwerp, ongeacht of het wordt gerealiseerd of niet. Wel proberen we de credits te krijgen als ontwerper. Maar zeker in het Midden-Oosten lukt dat niet altijd. Prestige en ego spelen daar een grote rol in de architectonische praktijk.’ Maar de riante ontwerpvergoedingen maken veel goed. ‘Met één opdracht als deze kunnen we zes maanden vooruit.’ Die tijd besteden ze aan onderzoek of het organiseren van workshops en lesgeven op universiteiten en academies in ontwikkelende landen. ‘Allemaal dingen die tijd en geld kosten maar die onmisbaar zijn voor professionele ontwikkeling en het opbouwen van een netwerk.’ Daarbij was het ‘fun’ om te werken aan een prestigieus gebouw in de Arabische context. Bertassi: ‘Het universiteitsgebouw bestaat uit een gescheiden vrouwen- en een mannenafdeling. De vrouwen moesten zicht hebben op de mannen maar niet andersom. Het ontmoetingspunt in een plein voor het gebouw, dat we hebben voorzien van een semi-open overdekking. Er is voldoende schaduw zonder dat het een donkere plek wordt.’ Murphy: ‘Het ontwerpen van een functioneel gebouw dat er ook nog eens aantrekkelijk en onderscheidend moet uitzien, zal altijd een leuke uitdaging blijven. We zijn tenslotte getraind in een klassieke manier van architectuur. Heel erg gericht op het ontwerp, op dat ene gebouw. Die architectuurtaal spreken we ook.’
Waterdunen
Momenteel werkt het duo ook aan een serie paviljoens in het nieuw recreatiegebied Waterdunen in de provincie Zeeland. ‘Deze gebouwtjes liggen verspreid door het duingebied, dat gebruikt wordt voor waterzuivering. De paviljoens moeten de in- en uitgang en de looproute door het gebied markeren. Het programma vraagt dus om iconische architectuur. De paviljoens lijken op een stuk land dat omhoog is gevouwen. Zo benadrukken we dat dit natuurgebied in werkelijkheid door de mens is gecreëerd.’ Maar, zo weten ze nu, architectuur is veel meer dan doordachte concepten en verrassende vormen. Opmerkelijk genoeg pikten ze ook dit voortschrijdende inzicht op bij OMA. ‘Wij waren betrokken bij sociale woningbouw in een gewone volkswijk in Cagliari (IT). Het was een prestigieus project waarbij OMA was binnengehaald om iets groots neer te zetten. Maar gaandeweg het ontwerponderzoek kwamen we erachter dat er helemaal geen behoefte was aan nog een groot gebouw. Dus hebben we aanbevolen om helemaal niets te bouwen maar te investeren in de bestaande structuren in de wijk. Een gedurfde keuze maar de enige goede keuze.’ Het was dit OMA-project dat Murphy en Bertassi, die alleen professioneel partners zijn, inspireerde tot de start van een eigen bureau. Deze kritische houding waarbij architectuur meer is dan ontwerpen en bouwen is het uitgangspunt van XCOOP. ‘Architectuur is een middel, niet het doel.’ De lokale context is daarbij steeds vaker het uitgangspunt. ‘Neem India’, zegt Bertassi. ‘Moeten wij als Westerse architecten daar een systeem opzetten voor recyclen? Er is daar al een eeuwenoud systeem van hergebruik, waarbij van oude autobanden bijvoorbeeld een vloer wordt vervaardigd. Dan kun je niet opeens van bovenaf een nieuw systeem daarvoor opleggen.’ Murphy: ‘Architectuur is voor ons ook overleggen, luisteren en in het meest extreme geval zelfs niets doen.’
Taliesin
Onlangs won XCOOP een teaching fellowship aan Taliesin, de Frank Lloyd Wright School of Architecture. Op beide campussen – Spring Green, Wisconsin, en Phoenix, Arizona – leiden ze nu ontwerpstudio’s. Bertassi: ‘Taliesin is een geweldige instelling, die gedwongen dreigt te worden om op te gaan in een andere prestigieuze onderwijsinstelling, zoals Harvard of Columbia. We omarmen een gezamenlijke inspanning om de school en de erfenis van Wright te redden. We willen mensen hiervan bewust maken en de kans vergroten dat de school gehandhaafd wordt als zelfstandige opleiding voor toekomstige generaties architecten.’
Questionnaire
Favoriet historisch gebouw? ‘We beperken ons hier tot gebouwen die een bijdrage hebben geleverd aan de opkomst en verval van beschavingen. Denk aan de eeuwenoude Kanheri Caves bij Mumbai. Of de Acropolis en de tempel van Nike in Athene. Pompeï. De lijst is lang.’
Favoriet hedendaags gebouw? ‘Wederom een te lange lijst: the Unité d’Habitation van Le Corbusier en Torre Velasca in Milaan van BBPR. En hebben we het nog niet gehad over Frank Lloyd Wright, Louis Kahn, Mies …’
Favoriet Nederlands gebouw? ‘Werkend en levend in Rotterdam is affiniteit gegroeid met de brutalistische architectuur. We raden een bezoek aan de industriële gebieden in noordoost- Rotterdam (?) waar de Spaanse Toren als een landmark fungeert.’
Favoriete architect? ‘Dat loopt uiteen van Ray & Charles Eames tot Alison & Peter Smithson, en niet te vergeten Bernini en Louis Kahn.’
Favoriete hedendaagse architect? ‘Bestaat niet. Deze zou moeten beschikken over de tijdloosheid van Niemeyer, de slimheid van Mies, de geraffineerdheid van Koolhaas, het technische vernuft van Piano, de gevoeligheid van Kahn, de elegantie van Sejima en de genialiteit van Da Vinci.’ Favoriete Nederlandse architect? ‘Herman Hertzberger. Omdat zijn architectuur en ideeën zo zijn sterk zijn verbonden met zowel het individu als de samenleving als geheel.’
Favoriet Nederlands gebouw? ‘Werkend en levend in Rotterdam is affiniteit gegroeid met de brutalistische architectuur. We zijn geïnspireerd door de Spaanse Toren (Jan Hoogstad 1969) die als een landmark fungeerde in het industriegebied Spaanse Polder in Rotterdam, maar helaas is gesloopt in 2013.’
Waar zouden jullie willen werken, indien niet Nederland? ‘Door onze internationale reikwijdte zijn we niet gebonden aan een specifieke locatie.’
Wat zou je nooit ontwerpen? ‘Er is niets dat ons niet interesseert.’
Wat irriteert je het meest in het vak? ‘The paycheck!’
Wat is je droomopdracht? ‘Het huis ontwerpen van een bekendheid: check!’
Belangrijkste inspiratiebron buiten architectuur? ‘De samenleving’
Meest waardevolle advies ooit? ‘DEEL’.
Projecten XCOOP
De modulaire cataloguswoning SoftRock is een zelf geïnitieerd project waarbij Bertassi en Murphy naast architect ook ondernemer zijn. Via een website kunnen potentiële klanten zelf een basisontwerp maken. Bij de basis cataloguswoning is architectuur afwezig. De grootte en de ligging van de kavel, de wensen van de individuele consument of de aanwezigheid van lokale grondstoffen speelt geen enkele rol in het ontwerp. Het is een archetypisch huis met puntdak waarin recht-toe-recht-aan volumes kunnen worden gestoken (afb 1 – 3).
Waterdunen, een serie paviljoens in een nieuw recreatiegebied in de provincie Zeeland. Het duingebied wordt gebruikt voor waterzuivering. De bezoekersfaciliteiten markeren de in- en uitgang en de looproute door het gebied. De paviljoens lijken op een stuk land dat omhoog is gevouwen, om te benadrukken dat dit natuurgebied in werkelijkheid door de mens is gecreëerd, en laten bezoekers ervaren hoe civiele techniek en natuurontwikkeling een inspirerende match kunnen vormen. (afb 4-6)
Besloten prijsvraagontwerp voor de gebouwen van de faculteiten van Rechten en Educatie, binnen het masterplan van het Office for Metropolitan Architecture voor de Universiteit in Doha, Qatar, 2013. Elke faculteit heeft een vloeroppervlakte van ca. 15.000 m2. De twee gebouwen delen een bijzonder dak, maar tonen in de gevels hun eigen identiteit. Het entreeplein voor mannen is voorzien van een semi-open overdekking. Er is voldoende schaduw zonder dat het een donkere plek wordt. De vereiste strenge scheiding van mannen en vrouwen is vormgegeven in een splitlevel systeem, waarbij de mannenroutes altijd 1,5 meter lager liggen dan die van de vrouwen. (afb 7-10)
Tekst Jeroen Junte
Dit artikel is verschenen in ArchitectuurNL 6 2014
Schrijf je in voor de nieuwsbrief
Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.