Tommy Hillfiger – een van oorsprong Amerikaans bedrijf – houdt kantoor in gebouw Atlanta aan de Stadhouderskade in Amsterdam. Daniel O’Kelly, de Vice President Creative Services, wilde op de begane grond een representatief bedrijfsrestaurant dat in uitstraling en sfeer quasi nonchalant bij het modelabel past, maar nergens als zodanig herkenbaar is.
Marc Prosman architecten vertaalde die ontwerpopdracht in Peoples Place. Ogenschijnlijk lijkt het interieur al sinds de jaren vijftig in gebruik. Vintage meubelen domineren de inrichting waar het tevergeefs zoeken is naar Hilfigerlogo’s.
Het bedrijfsrestaurant van het hoofdkantoor van Tommy Hilfiger is ‘Peoples Place’ gedoopt. Een verwijzing naar de beginjaren van het modemerk. Oprichter Hilfiger begon zijn wereldwijde imperium begin jaren tachtig met winkeltjes waar hij tweedehands kleding verkocht en die hij Peoples Place noemde.
In het restaurant zijn naast de naam nog een paar subtiele verwijzingen naar de beginjaren van het modemerk te vinden. Zo zijn de hanglampen aan het plafond gegroepeerd in de cijfers acht en vijf, een verwijzing naar 1985, het jaar van oprichting. Maar verder verwijst niets naar het modemerk: nergens een logo, poster of ander item uit de mode-industrie.
Waar het om gaat is sfeer. Sfeer die past bij wat het merk wil uitstralen. In Amsterdam gaat het om vintagelook, de chique van de jaren vijftig, gecapitonneerde banken, warme aarde- en mosterdtinten, friendly attitude and good manners waarin de classic, sporty and fresh people zich thuisvoelen.
Preppy look
Voor architect Marc Prosman was van meet af aan duidelijk welke sfeer hij de plint van gebouw Atlanta wilde meegeven. Aan de Stadhouderskade moest een bedrijfsrestaurant komen dat in kleur, inrichting en ornamentiek als een maatpak paste bij het modelabel en tegelijkertijd maximaal de potentie van het interieur achter de gevel zou benutten. En dat is best een lastige ontwerpopdracht. Modemerken bewegen mee met de geest van de tijd en dan is het geen sinecure een tijdloos interieur te ontwerpen. Deze zomer heeft Tommy Hilfiger extra werk gemaakt van de ‘preppy look’, een enigszins kakkineuze sportieve stijl die in bepaalde kringen altijd populair is geweest. Vorig jaar lagen de accenten anders en wie weet wat de bon ton volgend jaar is?
Best Ugly
Om de Amerikaanse sfeer te proeven, reisde Prosman af naar New York waar hij zich liet inspireren door bedrijfsrestaurants in de Big Apple. Een andere inspiratiebron was het boek ‘Best Ugly: Restaurant Concepts and Architecture by AvroKo’ uit New York. Idee achter dit boek is interieurs laten zien waarin mooie elementen en ornamenten uit bestaande (ugly) gebouwen optimaal benut en ingepast worden in nieuw ontworpen interieurs. Vertaalslag naar de Stadhouderskade is shabby chic, niet nieuw, kil en onpersoonlijk. Precies dat is wat de bezoeker achter de gevel van Atlanta wacht.
Overigens is de gevel een verhaal op zich. Gebouw Atlanta is een ontwerp van architect E.A. Warners en dateert uit 1927. De gevel is met zijn rode baksteen nadrukkelijk aanwezig. In de plint zat oorspronkelijk een autoshowroom. De gevel was voorzien van grote etalageruiten met afgeronde hoeken en dat beeld is door Prosman in de oorspronkelijke staat teruggebracht. Voor extra lichtinval zijn de kleine ruitjes boven de etalage vervangen door een groot raam en zijn aan de achterzijde bovenlichten geplaatst.
Dubbele hoogte
De showroom was diep en relatief laag. Voor een meer ruimtelijke beleving besloot Prosman tot een forse bouwkundige ingreep. Aan de achterzijde van het pand ging de zaag in het beton van de tussenvloer. Deze ingreep leverde aan de achterkant een dubbele hoogte op. Wat daarbij direct in het oog springt, is de balustrade. Uitgevoerd in hout, maar dan met plankjes haaks op de vloer. Het geeft aan dit interieurelement een subtiel optisch verlopend hekwerk. Rondom het gat aan de achterzijde ligt de entresol. Hier heeft Prosman handig gebruik gemaakt van het gebrek aan hoogte. Het lage plafond, in combinatie met het vintage meubilair en een biljart met een bruin laken roept perfect een sfeer op waarin het goed loungen is.
Ornamenten
Om de ‘Best Ugly’- sfeer zo sterk mogelijk te benadrukken, is de ruimte tot op het casco gestript. De betonnen balken en kolommen van draagconstructie zijn schoongemaakt en geschilderd. Waar mogelijk is enigszins vergaan metselwerk prominent in het zicht gebracht. Behalve constructie en metselstenen, had het pand niet heel veel karakteristieke ornamenten. Om in deze leemte te voorzien, bedacht Prosman een trap naar de verdieping. Wie niet beter weet, denkt dat hij even origineel is als de gebogen etalageramen aan de straatzijde en dat is beslist een compliment voor de architect.
Omdat het hier gaat om het hoofdkantoor van een wereldwijd opererende onderneming, moest het bedrijfsrestaurant de nodige allure meekrijgen, voornaam zonder ongemakkelijke drukdoenerij, en shabby chic maar toch representatief. Geschikt om grote groepen mensen te ontvangen. In het restaurant ligt een kopshouten vloer aangebracht door Duitse specialisten die overal in Europa voor het modemerk werken.
De ronde tafels en barkrukken zijn op maat gemaakt, de rest van de tafels en stoelen zijn vintage; nieuw dus, maar met zo’n lekker versleten patina erover. Een professionele keuken vervolmaakt het geheel en een vast cateringbedrijf zorgt dagelijks voor een even professionele als smakelijke maaltijd. Overigens is niet Prosman, maar Daniel O’Kelly en zijn team verantwoordelijk voor het meubilair. En de missie lijkt geslaagd. Dit bedrijfsrestaurant is zo mooi dat het probleemloos ‘a place to be’ in de hoofdstad kan zijn.