Een scherper contrast tussen heden en verleden is nauwelijks denkbaar. Nexit Architecten beoogde een maximaal onderscheid tussen oud en nieuw met een ingrijpende opknapbeurt van drie Arnhemse monumentale panden, in samenhang met superstrakke nieuwbouw. Voor de drie jonge architecten Addy de Boer, Maurits Berndsen en Wilbert de Haan vormde de opdracht een klus van formaat. En het werkt wonderwel.
Dit oude deel van de stad, net ten noorden van de Rijn gelegen, was duidelijk toe aan nieuwe impulsen. De Rijnstraat, vroeger een belangrijke doorgangsroute, kwijnde langzaam weg na het opdoeken van de haven. Economische verplaatsing leidde tot leegstand, waardoor de verpaupering toesloeg. Mede dankzij het restauratieproject Rijnstraat 56-59 komt de kentering op gang. Plannen voor nog meer restauraties liggen in het verschiet.
Uitgangspunt van de klus was de restauratie en conservatie van drie aaneengesloten middeleeuwse panden, waarbij oud vooral oud moest blijven. Het historische casco diende te worden gerespecteerd. De oorspronkelijke structuur met een poort, stegen en een binnenplaats is ingezet voor de toegang tot het nieuwe complex en de diverse woningontsluitingen buitenom. Ter plaatse van het pand nr. 57 is een deel van de oude gevel hersteld hetgeen de panden aan de Rijnstraat weer een samenhangende aanblik geeft. Om deze kostbare ingreep financieel haalbaar te krijgen, besloot de opdrachtgever tot aangrenzende nieuwbouw, waarvan de kosten vooral laag moesten blijven.
Reflectie
Wat betreft die nieuwbouw koos Nexit voor gevels van houtskeletbouw. Hieraan lagen twee redenen ten grondslag. Ten eerste een economische: houtskeletbouw bouwt snel. Ten tweede een constructieve: de bestaande historische bouwmuren aan de achterzijde worden benut voor de opgaande nieuwbouw, die dus laag in gewicht moest blijven. Op het stijl- en regelwerk bedacht het bureau een neutrale eternietplaat, met een extra hardglazen gevel in een opvallende kleur. De mosterdkleurige panelen contrasteren sterk met de omgeving. Naast esthetische redenen dient de voorzetgevel tevens als doorvalbeveiliging voor de appartementen op de verdiepingen.
Bijzonder jeuïg is het spiegeleffect dat zo ontstaat. De omringende oude panden reflecteren in de moderne glazen huid. Net als bij de restauratie van de oude panden koos Nexit voor weinig verhullende details. De glazen panelen zitten vast met stoere hoekankers, met als achterliggende gedachte dat de bevestigingsmiddelen gezien mogen worden. Op de drie verdiepingen komen in totaal vier appartementen, waarvan twee stuks op de bovenste laag. Een stalen spiltrap maakt de verdiepingen bereikbaar. Vermeldenswaardig is verder dat Nexit erin slaagde, ondanks de krappe ruimte, voor elk appartement een buitenruimte te creëren.
Pronkstuk: sporenkappen
Vanzelfsprekend was het werk aan de oude panden een heel ander verhaal. Restauratie met een ruig karakter – zo zou je de opknapbeurt van de drie grotendeels aan de straatzijde gelegen panden, mogen noemen. Dit is te zien aan de buitenzijde, waar het stucwerk van de gevels meeloopt met het golvende achterliggende metselwerk, maar geldt tevens voor het inpandige werk. Het uiteindelijke resultaat oogt zowel binnen als buiten ruw en authentiek. Zo blijven de herstelde eikenhouten balklagen geheel in het zicht. Klampen, klossen, en aanverwante timmerhulpstukken sieren de plafonds. Volgens de architecten een bewuste keuze – oud is nu eenmaal oud – het was niet de bedoeling alle gedane arbeid boven gipsplafonds te laten verdwijnen.
De noodzakelijke brand- en geluidwerende scheidingen werden boven de oude vloeren uitgevoerd met nieuwe zelfdragende constructies. Speciale aandacht verdienden de daken. De oude kapconstructies kregen allemaal nieuw beschot. Ook hieruit blijkt het streven naar verregaande authenticiteit. Het nieuwe dakbeschot bestaat uit originele dakdelen – plaatjes underlayment of soortgelijk materiaal waren niet aan de orde. Maar het pronkstuk van de kaprenovatie zijn toch wel de opgeknapte sporen en spanten. Waar nodig zijn ze vervangen, op andere plaatsen volstond het inzetten van diverse stukken eikenhout. En het dient gezegd: de volledig herstelde spanten en sporen zien er weer fantastisch uit.
Woningen en winkels
In de drie oude panden komen zowel woningen als winkels. Aan de rechterzijde bevindt zich het paradepaardje, bestaande uit een voor-, midden-, en achterhuis. Op de begane grond zit in het voor- en middenhuis de kledingboetiek Gsus. De onafgewerkte plafonds, maar ook de ongepleisterde muren en wanden stralen een bepaald soort stoerheid uit, passend bij het imago van het modelabel. Op de verdiepingen van het voor- en middenhuis bevinden zich de appartementen, allen verschillend van vorm en grootte. In het achterhuis aan de Drieharingenplaats is een stadswoning gerealiseerd, met drie kleine woonlagen verbonden door een inpandig trappenhuis.
In de twee linkerpanden komt aan de straatzijde op de begane grond een kledingwinkel waarbij de ruimten zijn samengevoegd. Aan de linkerzijde is ter plaatse van een middeleeuwse poort opnieuw een ruimte gecreëerd voor een volwassen onderdoorgang met trap om zo een monumentale toegang te verschaffen tot de woningen erboven in zowel de oudbouw als de nieuwbouw.