Projectgegevens
Projectarchitect | Jan Hoffmans |
---|---|
Opdrachtgever | Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam (SOR) |
Programma | 154 ouderenwoningen met 2400m2 gemeenschappelijke voorzieningen |
Hoofdaannemer | Van Wijnen, Stolwijk |
Adviseur constructie | D3BN Rotterdam |
Adviseur installaties | Wolf Dikken adviseurs Wateringen |
Adviseur bouwkosten | Wolf Dikken adviseurs Wateringen |
Start bouw | Ter Haar Bouwadvies Schiedam |
Oplevering | Juni 2004 |
Bouwkosten | November 2006 |
Tekst | € 13.680.000 incl. installaties excl. BTW |
Foto's | Jannes Linders (1, 2, 4 en 5) en Villanova |
Aan de rand van de wijk Ommoord staat het seniorengebouw Te Hoogerbrugge I. Het maakt deel uit van een complex waarvan met de bouw werd begonnen in de jaren ’70 . In de jaren ’90 werd gestart met de herstructurering. Als laatste van de inmiddels vijf gebouwen was Te Hoogerbrugge I aan de beurt, een flatgebouw aan de rand van het polderlandschap en met zicht op de Rotte en de skyline van Rotterdam. De oude flat werd vervangen door nieuwbouw met vrije sector seniorenappartementen. Ontwerpopgave: maak een gebouw voor de oudere van nu, dat wil zeggen een ‘jeugdig’ en dynamisch gebouw waaraan niet is af te lezen dat het voor 55-plussers is bestemd.
In stedenbouwkundig opzicht is Te Hoogerbrugge I opvallend. Het staat haaks op een veel gebruikte recreatieroute langs de Rotte. Aanvankelijk werd dan ook gekeken of een gebouw parallel aan de dijk zou passen. Hierdoor zou meer ruimte langs de dijk overblijven. Spoedig bleek dat dan de afstand tussen de overige gebouwen en de gemeenschappelijke voorzieningen te groot zou worden. Daarom werd vastgehouden aan de oorspronkelijke positionering. Daarmee werd ook de binnenhof gehandhaafd die alle gebouwen samenbrengt.
Het gebouw telt 10 verdiepingen. De appartementen liggen aan een centrale middengang. Op de kop, aan de kant van de Rotte, bevinden zich hoekappartementen met zicht naar twee zijden. De andere kopgevel grenst aan Te Hoogerbrugge III, dat stamt uit 1979.
In het gebouw is de vroegere traveemaat aangehouden, dat wil zeggen 6,90 meter. Door voor elke woning anderhalve beuk te nemen, zijn de woningen nu bijna 1,5 maal zo groot als vroeger. Op drie stramienen is er één niet-dragende woningscheidende gipsplaatwand. De woningen zijn in de toekomst eenvoudig aan een nieuwe functie aan te passen, bijvoorbeeld verzorgingseenheden.
Krachtig kader
Acht van de tien verdiepingen zijn gevat in een krachtig wit kader dat boven de onderbouw lijkt te zweven. De stevige antracietgrijze bakstenen plint en helderwitte kolommen stuwen het gebouw als het ware omhoog, de lucht in. Dit idee wordt nog eens versterkt doordat de onderbouw niet over de hele lengte doorloopt en aan de bovenzijde is afgesloten met een strook glas. Bovendien vouwt de bakstenen gevelwand zich ter plaatse van de entreehal naar binnen en gaat over in grote glasgevels. Omdat aan beide langszijden parkeerplaatsen moesten worden gerealiseerd is een onderdoorgang gemaakt. Door hier het noodtrappenhuis vanaf de tweede verdieping los van het gebouw te laten lopen, hoefde de interne bouwstructuur niet te worden verstoord.
Uitgebalanceerd lijnenspel
Binnen het kader is een heldere en dynamische geleding aangebracht. Allereerst wordt de gevel onderverdeeld in de helderwitte stroken van de verdiepingsvloeren. Daarbinnen is een ogenschijnlijk willekeurige, maar nauwgezet uitgedachte, ritmiek van donker glas, hout, zwart en wit gecreëerd. Dit breekt het gevelvlak en maakt het tot een uitgebalanceerd spel van vlakken en vlakjes. Loggia’s en de twee-aan-twee gekoppelde verdiepingen van het trappenhuis zorgen voor een verdere verdeling van het gevelvlak.
Aangezien de opdrachtgever geen glazenwasinstallatie wilde, lopen de balkons door. De balustrades zijn minimaal gehouden en verstoren nergens het gevelbeeld. De onderste reling is plat en zo laag mogelijk aangebracht, waardoor deze wegvalt tegen de betonvloer. De betonvloeren hebben een verhoogde neus. Hierdoor loopt regenwater terug en wordt het meteen afgevoerd, waardoor minder snel vuile strepen op het beton ontstaan.
Halfverdiept souterrain
Omdat het aantal algemene voorzieningen niet groot genoeg was om een hele begane grond mee te vullen, is gekozen voor een gedeeltelijk halfverdiept souterrain. Hier bevinden zich ondermeer de containerruimte, wasserette, fitnessruimte en de stalling van fietsen en scootmobiels. Al deze ruimtes hebben vensters naar de straat, waardoor ze prettiger aandoen. De stalling voor fietsen en scootmobiels is via een hefplateau bereikbaar. De overige gemeenschappelijke ruimtes bevinden zich op de begane grond en eerste verdieping. Op de begane grond zijn ook enkele woningen ondergebracht.
Warme entree
De entreehal is het centrale punt, niet alleen van dit gebouw maar het geheel van vijf gebouwen. Meteen links is de balie, die ruim en uitnodigend is. Via tussenverdiepingen worden alle gemeenschappelijke voorzieningen en verbindingsroutes ontsloten, zoals het restaurant en de recreatiezaal op de begane grond, de wasserette en hobbyruimte in het souterrain en de kapper en zorgconsulent op de eerste verdieping. Door de lange zichtlijnen, horizontaal en diagonaal, en het ruime zicht naar buiten, is de hal overzichtelijk en helder. Samen met het natuurlijke materiaalgebruik en het vele licht, ontstaat een warme en gastvrije ruimte die de bewoners en bezoekers omarmt. Het baksteen loopt van buiten naar binnen door en begeleidt de gang van buiten naar binnen. Het baksteen is verder doorgezet in de wanden van de doorgangsroutes, bijvoorbeeld in de gang naar de naastgelegen flat. Deze routes krijgen hierdoor het karakter van een straatje. Deuren zijn hier dan ook echte buitendeuren en interieurelementen als radiatoren ontbreken. Bovendien ontbreken aanpassingen als leuningen, zoals ook elders in het gebouw, waardoor nergens de associatie ontstaat met een bejaardencentrum.
Centrale gang
De woningen zijn alle gelegen aan een centrale gang. Beide langswanden zijn verlevendigd, aan de ene kant door deze per twee woningen te laten verspringen en aan de andere kant door de betonmuur iets te laten doorlopen. Dit heeft bovendien een constructief voordeel: de constructie wordt over een geringere lengte doorbroken.
De uitsnijdingen bieden fraai plaats aan verlichting en alarmmelders. Elke woning heeft een keukenraam aan de gangzijde. Daarnaast bevindt zich een groot donkerblauw venster. Dit alles breekt het muurvlak en geeft lichtinval van buiten. De wanden zelf bestaan uit glinsterend breuksteen, waardoor ze lichter en minder massief ogen. Het steen is gemetseld zonder stootvoeg en met terugliggende horizontale voegen, net als aan de buitenzijde. Dit zorgt, samen met de gladde betonwanden, blankhouten kozijnen en vensters voor een contrastrijk geheel, een rijk palet aan ervaringen net als aan de buitenzijde.
Te Hoogerbrugge I is een gevarieerd en uitgebalanceerd woongebouw voor ouderen. Een ‘hip’ gebouw dat blijft boeien en opvalt door zijn detaillering. De jongere oudere profiteert hier in alle comfort van de fraaie omgeving, met de grote stad onder handbereik.