Transformatie Zeepfabriek Rohm and Haas, Amersfoort

Transformatie Zeepfabriek Rohm and Haas, Amersfoort

Door: maurice | 06-07-2011

Het Oliemolenkwartier is een voormalig industrieterrein, gunstig gelegen nabij het centrum van Amersfoort. Deels is het onderdeel van een grootscheeps transformatieproces, met een nieuwe woonwijk en een nieuw stedelijk centrum met kantoren, grootschalige winkels, onderwijsgebouwen en recreatieve voorzieningen. Maar een gedeelte heeft nog het kleinschalige industriële karakter behouden. Met de door architect Jan Poolen verbouwde voormalige zeepfabriek als middelpunt heeft de creatieve industrie hier een plek gekregen.

Nog tot 2002 is de voormalige zeepfabriek in functie geweest als kleefstoffenfabriek Rohm and Haas. Het complex bestaat uit een drietal onderling sterk verschillende gebouwen. Meest bijzonder zijn de twee bedrijfshallen met bakstenen wanden en gietijzeren kapconstructie uit de jaren dertig. De hallen werden na sluiting van de fabriek door een aantal kunstenaars tijdelijk in gebruik genomen als atelierruimte.

De Amersfoortse architect Jan Poolen van ZEEP architecten ziet grote mogelijkheden voor het gebouw en het gebied: ‘De fabriek was er nog maar net uit. Het was een authentieke fabriekshal, een mooie ruimte. In het gebied waren tot voor kort voornamelijk bedrijfsterreinen met slagbomen waar je niet inkwam. Maar het lag wel vlak bij het centrum. Helaas zijn voor de bouw van een nieuwe woonwijk enkele mooie pakhuizen gesloopt. Ook de ontwikkelingen rond het nieuwe Eemplein zijn grootschalig en top-down. Ik ben van mening dat we veel meer bottom-up moeten werken. Dat gebeurt hier nu dan ook.’

In de directe omgeving is die top-downbenadering goed zichtbaar. De woonwijk het Gildenkwartier is tussen 1997 en 2005 naar ontwerp van Krier & Kohl gerealiseerd. Het Eemplein, dat nu in aanbouw is, wordt een stadsplein met voorzieningen als een Pathé-bioscoop, megastores van Albert Heijn, Media Markt, Xenos en Blokker, horeca, appartementen en het Eemhuis van Neutelings Riedijk met bibliotheek, archief en kunsthal KAdE. Het zijn grootscheepse ontwikkelingen waarvoor een keur aan architecten wordt ingevlogen en de oorspronkelijke context volledig verdwijnt.

Poolen maakt zich sterk voor een andere benadering, waarbij respect voor de bestaande structuur en hergebruik van industrieel erfgoed vooropstaan. ‘Kijk eerst eens wat je hebt. Er is veel te lang aanbod- en geldgestuurd ontwikkeld en te veel gebouwd waar niemand behoefte aan heeft. We hebben 13.000 hectare leegstaande kantoren! Door de crisis is die zeepbel doorgeprikt. We moeten op een heel andere manier gaan werken. Het voordeel van de crisis is dat we ons nu met wezenlijke vragen kunnen bezighouden. Architecten moeten niet langer leveranciers van beelden zijn, maar het voortouw nemen in dit soort ontwikkelingen. Duurzaamheid is niet alleen een technisch probleem, maar heeft ook te maken met hergebruik, flexibiliteit en diversiteit van programma’s.’

Projectgegevens

ProjectarchitectJan Poolen
ProjectmedewerkersWijnand Bakker, Paul Smulders, Stephan Sarphatie
OpdrachtgeverBOEi Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel Erfgoed, Hoevelaken
Adviseur constructieKrabbedam Boerkoel, Soest
Adviseur installatiesKuipers Installaties, Den Haag
HoofdaannemerJurriëns Bouw, Utrecht
BouwMei 2009 – maart 2010
Bruto vloeroppervlakte vóór de ingreep2571 m2
Bruto vloeroppervlakte na de ingreep2320 m2
Bouwkosten€ 3.392.000 excl. BTW
TekstPaul Groenendijk
Foto’sPaul Smulders (oud) en Sigrid Schaap (nieuw)

Masterplan

Poolen weet de gemeente te bewegen een drietal partijen een visie op het gebied te laten maken, twee ontwikkelaars en één architect. Uiteindelijk wordt zijn masterplan gekozen. Hierbij blijft de wat rommelige sfeer van dit gebied gehandhaafd en worden zoveel mogelijk industriële gebouwen gespaard. Een deel van het gebied is momenteel overigens nog in gebruik als fabriekscomplex voor Prodent tandpasta. Hij raakt geïntrigeerd door de zeepfabriek en maakt een plan voor de restauratie van het pand. Aanvankelijk wil hij de hallen aankopen en restaureren.

Als het totale complex wordt aangepakt wordt in BOEi (Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel Erfgoed) een ontwikkelaar en beheerder gevonden. Door slechts een deel van het complex volledig te restaureren en bij het gedeelte van de kunstenaars veel zelfwerkzaamheid toe te passen werd het geheel kostentechnisch uitvoerbaar. Een interessante optie voor dergelijke projecten.

Restauratie

De zeepfabriek is onderdeel van de industriële enclave die midden negentiende eeuw buiten de oude stadsmuren is ontstaan. Eerst als bleekveld rond het door de Amersfoortse architect W. Salomons in 1899 ontworpen pand Eemzicht. In 1918 wordt met de productie van zeep begonnen en in 1931 worden de twee karakteristieke bakstenen bedrijfshallen toegevoegd. In de jaren vijftig zijn twee vergelijkbare loodsen aan de noordzijde gebouwd. Eind jaren negentig wordt het complex omgevormd tot lijmfabriek door het Amerikaanse bedrijf Rohm and Haas.

De hallen zijn volledig symmetrisch. De gietijzeren spantconstructie is voorzien van een daklicht in het midden en heet naar de vorm accoladedak. Aan de achterzijde is de rechthoekige structuur merkwaardig afgeschuind vanwege een eerder gebouwde schoorsteen. Achter de schoorsteen ligt een betonnen ketelhuis. De ruimte tussen hallen en ketelhuis is met één laag dichtgebouwd. Bij de vernieuwing van het complex is de schoorsteen gehandhaafd en gerestaureerd. Deze prikt dus dwars door de verbindende laagbouw. ‘Schoorstenen worden altijd gesloopt, terwijl het heel beeldbepalende elementen zijn. In dit gebied zijn er nog maar drie over en in heel Amersfoort vier. Omdat de schoorsteen zo belangrijk is, heeft deze in het interieur een prominente plaats gekregen en is deze vanuit diverse ruimtes door daklichten zichtbaar.’

Om het ketelhuis is een nieuwe gevel gezet. De oude gevel met enkele betonnen kozijnen is deels nog zichtbaar in het interieur. De nieuwbouw is van staal en glas. Jan Poolen: ‘De cortenstalen beplating verwijst naar de industriële sfeer. Ik wilde de platen het uiterlijk van stalen rijplaten geven. Toen het cortenstaal de juiste roodbruine kleur had zijn ze transparant gecoat en is de kleur zo gefixeerd.’

De hallen zijn uiterlijk zoveel mogelijk in oorspronkelijke staat gehouden. Er is een nieuwe doos in aangebracht om het binnenklimaat te kunnen regelen: een nieuwe betonnen vloer met vloerverwarming, geïsoleerde binnenwanden en bij het exact gereconstrueerde plafond is isolatie en een nieuw dakbedekking aangebracht. In de lichtstraat zijn kunststof duoplaten aangebracht. De zeepfabriek is in 2008 op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst.

Dynamiek

Het interieur in neutrale tinten is zo flexibel mogelijk gehouden. Poolen: ‘Alle meubilair is verrijdbaar, zodat de kantoorruimte ook kan dienen voor exposities, workshops, debatten en lezingen. De catering wordt dan verzorgd door het restaurant hiernaast. Zo stimuleren de verschillende partijen elkaar hier. Het complex oefent zo een grote aantrekkingskracht uit op het publiek en op nieuwe creatieve bedrijven. Er zijn plannen voor nieuwbouw voor de multimediasector.’

Het nieuwe kantoorgebouw is ook de katalysator voor de nieuwe architectuurbenadering van Jan Poolen, die een samenwerking met Ronald van Aggelen is aangegaan. De nieuwe locatie leverde de nieuwe naam ZEEP Architecten, waarbij de twee omgekeerde EE’s ook als 33 te lezen zijn, het kengetal van Amersfoort. Vanuit een onderzoekende houding worden de nieuwe opgaven voor architecten tegemoet getreden: ontwerpen en bouwen, maar ook denken en debatteren over de stad en de samenleving. Het nieuwe gebouw heeft het architectenbureau een nieuwe dynamiek gegeven.

Gerelateerd

Tags:

    Schrijf een reactie

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.