Drie uitgangspunten liggen ten grondslag aan het ontwerp van het nieuwe districtskantoor: herkenbaarheid, zichtbaarheid en duurzaamheid. De gevel representeert snelwegen, waterwegen en groengebieden, het ligt opvallend in de oksel van de A28 en afslag 33, en het heeft een Greencalc score van klasse A. Dankzij de architect natuurlijk, maar mede dankzij een opdrachtgever met visie.
Het is een gebouw met twee gezichten geworden, de gevel aan de zuidzijde is zwaar en gesloten, met lage, diepliggende horizontale ramen tegen zon- en warmte-instraling in de zomer. Deze gevel dient tevens als geluiddemper van het verkeerslawaai op de A28.
De gevel is opgetrokken uit beton en asfalt en loopt over in een deel van het dak, waarbij de afwatering niet via hemelwaterafvoeren maar via het gefrijnde deel van de gevel verloopt. Hierdoor ontstaat in de loop der tijd een bemoste gevel, die indien gewenst met een hogedrukspuit eenvoudig schoon te maken is.
Beton en asfalt representeren de snelwegen, het afstromende water de waterwegen en de het mos de groengebieden, de drie kerntaken van Rijkswaterstaat.
Expressieve houten gevel
De noordgevel daarentegen is licht en open, met veel glas en hout. Ervoor is een houten, golvende constructie aangebracht waardoor ook deze gevel bijzonder expressief wordt.
Deze gevel vormt samen met houten spanten de basis voor de open opzet van het gebouw. Er is gebruik gemaakt van geprefabriceerde houten wanden en vloeren waarin alle bouwkundige- en installatietechnische voorzieningen zijn geïntegreerd. Dit zorgde voor een efficiënte bouwtijd en een optimaal ruimtegebruik. Verlaagde plafonds om installaties aan het oog te onttrekken zijn niet nodig, de houten vloer is tegelijkertijd een afgewerkt plafond.
Technisch en sociaal duurzaam
De lucht in het gebouw wordt door middel van een Climalevel systeem geconditioneerd en door de vloeren in de kantoorruimtes gebracht. Er is bovendien een warmte- en koudeopslagsysteem, er staan zonnecellen op het dak en er is fsc hout gebruikt
Het streven was om een Greencalc score klasse C te halen, maar bij het definitieve ontwerp bleek dat klasse B ruim gehaald werd. Door extra budget beschikbaar te stellen voor enkele extra aanpassingen is het uiteindelijk klasse A geworden.
Het gebouw is in het midden breder en die extra ruimte biedt enerzijds plaats aan technische en praktische zaken, zoals lift, pantry, toiletten en technische ruimten. Anderzijds is er aldaar een grote vide met majestueuze trappartij, waar medewerkers elkaar kunnen ontmoeten en kennis kunnen uitwisselen. Er is ook een dakterras met sedum tuin, die eveneens fungeren als ontmoetingsplek, en zo bijdragen aan de sociale duurzaamheid van het gebouw.
De medewerkers van Rijkswaterstaat laten met plezier hun nieuwe onderkomen zien, klachten zijn er eigenlijk niet, wat op zijn minst opvallend is bij nieuwbouw. Opdrachtgever, architect, aannemer en adviseurs, allemaal kunnen ze trots zijn op het resultaat.